een gids over de (potentiële) kwaliteiten van de speler
De kwaliteiten van spelers in Football Manager tonen zich aan de speler door middel van de attributen van een speler. Maar deze zijn niet allemaal af te lezen. Hoe goed iemand echt is in Football Manager wordt bepaald aan de hand van de CA (Current Ability of Huidige Kwaliteiten) en de PA (Potential Ability of Potentiële Kwaliteiten) om aan te tonen hoe goed iemand echt is of kan worden.
In het spel vertaalt dit zich naar grijze en gouden sterren, maar die lijken ook nog eens af en toe te variëren. In deze hulpgids leggen we alles uit over de kwaliteiten en hoe we deze nu kunnen aflezen.
In deze gids houden we even de Engelstalige afkortingen aan, de CA en PA. De CA staat voor hoe goed iemand nu is en de PA staat voor hoe goed iemand mogelijk zou kunnen worden. Het laagste dat een speler kan hebben voor beide waardes is 1 en het hoogste is 200. Dit geldt overigens voor zowel de spelers als staf. Deze waardes zijn in principe verborgen, maar kunnen in de editor worden ingezien. Het spel gebruikt ook de CA en PA om de sterren bij de huidige en verwachte kwaliteiten weer te geven, maar daar zit ook weer een hele werking achter.
CA (huidige kwaliteiten)
Kevin De Bruyne is momenteel de beste speler van het spel, zijn CA is vastgesteld op 190. Zo hebben bijna alle spelers in de virtuele wereld een vastgesteld CA, al zullen echt obscure spelers een random CA mee kunnen krijgen.
Het CA is aan verandering onderhevig. Spelers die ouder worden zullen hun CA zien dalen en daarna in principe niet meer zien stijgen. Spelers die zwaar geblesseerd raken zien hun CA ook dalen, maar kunnen deze later weer opkrikken. Jonge spelers gaan doorgaans echter de grootste stijging meemaken, want door training en ervaring worden deze spelers beter, waardoor de CA stijgt. Deze kan stijgen tot het niveau van de PA, de potentiële kwaliteiten.
PA (potentiële kwaliteiten)
De PA laat zien hoe goed een speler kan worden. Let op: kan worden. Het is niet altijd een gegeven dat de CA van een speler ook daadwerkelijk zijn PA bereikt. Dit heeft allemaal te maken met de ontwikkeling van een speler, die kan stagneren door bijvoorbeeld zware blessures of een gebrek aan speeltijd en goede coaches.
Ook voor de PA geldt een maximale score van 200, wat betekent dat er spelers rondlopen die beter kunnen worden dan Kevin de Bruyne. Een voorbeeld daarvan is Erling Haaland, die kan doorgroeien vanaf zijn CA van 188 tot een PA van 195. Met andere woorden, daar is de rek nog niet uit.
Omdat niet iedere game hetzelfde is en de daadwerkelijke toekomst van een speler zich lastig laat voorspellen, werkt Football Manager met dynamische PA’s. In plaats van dat jonge spelers een vast plafond krijgen toegewezen, staan er in de database juist vaak waarden van -1 tot -95. Dat klinkt negatief, maar dat geeft bepaalde grenzen weer waartussen het PA van een speler bepaald wordt bij het aanmaken van een nieuwe carrière.
Het beste dat je speler kan hebben is een vast PA van 200, maar dat heeft alleen Messi. Aangezien hij op z’n retour is, kan hij niet meer verbeteren en zal hij dat getal in principe niet kunnen halen. Van de negatieve PA’s is -10 het beste om te hebben, want dat betekent dat je speler een PA krijgt dat in de range van 170 tot 200 zit. Daarna komt -95, wat je eigenlijk moet lezen als -9,5. Dit zit weer tussen de 160 en de 190. En zo gaat het alsmaar door tot het minst gunstige dynamische PA -1, dat tussen de 0 en 20 zit.
Sterren
Het spel vertaalt dit naar de attributen die je ziet op de spelersprofielpagina, maar ook naar de sterren die worden weergegeven door je scouts en trainers. En als je het spel wat vaker speelt, zie je dat deze sterren wel eens willen veranderen.
De opbouw van de sterren is een combinatie van het door de trainer of scout ingeschatte CA en PA, relatief aan de rest van je elftal. In bovenstaand screenshot wordt Anderlecht-doelman Kasper Schmeichel bijvoorbeeld beoordeeld met vier sterren op zowel zijn huidige niveau als zijn potentieel. Dat betekent dat er wordt verwacht dat er weinig groeimarge meer in zit. Bij Zeno Debast zit er nog zat groeimarge en daar zien we iets vreemds: witte sterren. Omdat de verantwoordelijke trainer of scout niet precies weet hoe goed Debast kan worden, maakt hij een inschatting. Het potentieel van Debast wordt dus geschat op tussen de 4 en 5 sterren.
Hoe goed dat precies is, verschilt enorm. Zojuist gaven we al aan dat de sterren relatief zijn tot de rest van je elftal en dat illustreren we door Thibaut Courtois en Kevin de Bruyne met een ingame-editor toe te voegen aan de RSCA-selectie. Direct zien we de huidige én potentiële beoordeling van Killian Sardella dalen, net als de potentiële kwaliteiten van Zeno Debast.
Uiteraard betekent dit niet dat Sardella in een paar uur tijd een pak slechter is geworden, maar meer dat de lat om een goede beoordeling te krijgen iets hoger ligt. En het laat zien dat de scouts verwachten dat Zeno Debast een hele goede speler kan worden, maar zeker niet zoveel impact zal hebben op de voetbalwereld als Courtois.
Let er op dat deze sterren niet altijd een correcte afspiegeling van de waarheid zijn. Veel hangt af van wie de sterren geeft en wat zijn beoordelingen zijn op de huidige en potentiële kwaliteiten van spelers. Hoe beter de assistent, trainer of scout, hoe nauwkeuriger de sterren zullen zijn. Bij het beoordelen van spelers van andere ploegen spelen ook nog eens zaken als scoutingkennis mee.
Schrik dus niet als sterren ineens lager of hoger uitvallen. Dat kan komen doordat de algemene kwaliteit van je elftal juist hoger of lager is geworden. Daarnaast zijn de sterren een handig hulpmiddel, maar wees er voorzichtig mee, want ze geven dus niet altijd de daadwerkelijke verhouding binnen de selectie weer, zeker niet op een lager niveau waar een laag niveau staf actief is.
Hopelijk hebben we zaken zo een beetje kunnen verduidelijken. Mochten er nog vragen zijn schroom dan niet om ze te stellen op ons forum.
Voor de eerdere berichten uit de hulpgids kunnen jullie terecht op onze startpagina.
