Jump to content
Wegens succes verlengd! Bestel nu jouw Mystery United shirtje met korting. Gebruik de code 'managersutd'🔥 ×
Forum upgrade zaterdag 24-5-2025 omstreeks 14.00 uur ×

Recommended Posts

Gepost (edited)

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXVIII. Bye-bye, zwaai-zwaai

 

Uiteindelijk was er geen juiste of verkeerde beslissing. Dat soort duidelijkheid is iets voor soapseries, films, en slechte romans waarin de held altijd weet wat hij moet doen, de slechterik op tijd doorziet, en alles in een mooie strik wordt verpakt tegen het einde. In de echte wereld en zeker in een Guatemalteekse voetbalclub waar drama en chaos vaste bestanddelen zijn, is elke keuze een gok. Het voelt meer als een dobbelspel in een slecht verlichte achterkamer, waarbij je altijd te laat ontdekt dat de dobbelstenen vals zijn. 

 

De nuances van deze situatie zaten zo verstrikt in elkaar dat geen enkele beslissing logisch of bevredigend zou zijn. Als ik Santi en El Diablo uit elkaar haalde, zou de ene zich verliezen in een moeras van drank en de andere transformeren in een wandelende vechtmachine die zelfs Mike Tyson het schaamrood op de kaken zou bezorgen. Maar samen? Samen waren ze als twee geladen pistolen die constant op elkaar gericht stonden, wachtend op het moment dat iemand de trekker zou overhalen.

 

Ik keek naar Miguel, die inmiddels was gaan zitten op een bankje, zijn gezicht in zijn handen. Zelfs hij, de man met altijd een bijdehante opmerking en een plan, leek het nu ook niet meer te weten. "Es como una telenovela," mompelde hij. Een telenovela inderdaad, met mij als ongelukkige regisseur die de cast niet onder controle kreeg.

 

De echte wereld geeft je geen heroïsche keuzes. Geen zwarte en witte lijnen die je moeiteloos kunt volgen. Het is een oneindig grijs gebied waarin elke beslissing een mogelijke ramp in de kiem draagt. En toch moest ik iets doen, want niets doen was ook een keuze en waarschijnlijk de slechtste van allemaal.

 

Uiteindelijk koos ik de uitweg van de lafaard, want laten we eerlijk zijn: soms is lafheid gewoon de meest praktische optie. El Diablo was niet alleen een wandelende testosteronbom met een kort lontje, maar ook een man met een ego dat zo groot was dat het waarschijnlijk op Google Maps te vinden was. De gedachte dat hij minder betaald zou krijgen dan Santi, zijn eeuwige rivaal, was simpelweg onacceptabel. Hij zou me uitlachen, me een schouderklop geven alsof ik een dom kind was, en vervolgens zijn spullen pakken om ergens anders chaos te veroorzaken. 

 

Maar ik had een perfect excuus: onze financiële situatie. Of beter gezegd, het totale gebrek aan financiële ruimte. We waren een club in een divisie waar clubs vaak nog moesten kiezen tussen nieuwe ballen of een maandsalaris voor de spelers. Het idee om nóg een dure kracht toe te voegen aan de selectie was pure waanzin, en dat wist iedereen, inclusief El Diablo. Ik kon met een strak gezicht doen alsof ik oprecht niets anders kon, terwijl ik in werkelijkheid een groot probleem omzeilde door hem simpelweg geen contract aan te bieden.

 

Santi hoefde natuurlijk niets van deze interne worsteling te weten. Voor hem zou ik de loyale coach blijven die zijn rug dekte, zijn grote talent erkende, en begreep dat hij de onbetwiste ster van het team moest blijven. "Sorry, amigo," zou ik tegen El Diablo zeggen, met mijn meest meelevende stem. "No budget. Maybe next season." En dat was het. Geen gevecht, geen tranen, geen bloedvergieten in de kleedkamer. Gewoon een zakelijke, kille afwijzing verpakt in financiële logica.

 

Het voelde ergens vies, alsof ik een vals spel speelde. Maar in het voetbal is vals spel vaak gewoon de norm. De illusie van een eerlijke strijd, van sportiviteit en integriteit, is net zo bedrieglijk als een dure fles wijn die eigenlijk uit een goedkope kartonnen doos komt. Dus ik verborg mijn lafheid achter de façade van financieel gezond beleid, keek in de spiegel, en knikte goedkeurend naar mezelf. Want soms is de uitweg van de lafaard precies de uitweg die je nodig hebt om de boel draaiende te houden.

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Reacties en dergelijke.

Spoiler

 

Op 9-12-2024 om 20:41 zei Marius:

Net als je denkt dat het niet veel gekker kan :D Begin deze knoop maar eens te ontwarren John!

 

Je kunt er een Gordiaanse knoop van maken :D 

 

Op 9-12-2024 om 20:54 zei Djurovski:

Hier wens ik John heel veel succes mee om dit op te lossen pfoe

 

Het gaat best simpel, zoals je ziet :D 

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt 

 

Edited by Nom de Guerre
Gepost (edited)

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXIX. Wie wind zaait…

 

Diablo leunde langzaam achterover, zijn lichaamstaal veranderend van gespannen naar bijna nonchalant, maar zijn ogen bleven priemend op me gericht. Hij sloeg zijn handen in zijn nek en begon te lachen. Een diepe, donkere lach, vol spot en dreiging, alsof ik net de domste beslissing van mijn leven had genomen en hij ervan genoot om dat feit te onderstrepen. 

 

Miguel, die naast me stond, verstijfde. Zijn ogen werden groot en hij slikte hoorbaar, alsof hij zich mentaal voorbereidde op de storm die elk moment kon losbarsten. "¿Crees que puedes simplemente decirme no y ya está?" zei Diablo eindelijk, zijn stem ruw, zoals schuurpapier over hout. Hij sprak langzaam, bijna smachtend, terwijl zijn woorden in de lucht bleven hangen als een dreigende wolk. 

 

Miguel aarzelde met vertalen, zijn blik kort naar mij flitsend alsof hij toestemming vroeg om het te verzachten. Ik knikte kort, en hij gaf de boodschap door, zijn stem een octaaf hoger dan normaal. "He says, ‘You think you can just say no and that’s it?’"

 

Diablo boog zich plots naar voren, zijn ellebogen op het bureau plantend, terwijl zijn handen langzaam samenkwamen, alsof hij iets onzichtbaars aan het breken was. "¿Crees que esto termina aquí? Eres un idiota si lo crees." Zijn toon was vlak, maar zijn woorden sneden diep. Miguel slikte weer, zijn stem bijna fluisterend terwijl hij vertaalde. "He says, ‘Do you think this ends here? You’re an idiot if you do.’"

 

Ik kon niet veel meer doen dan mijn rug recht houden en proberen mijn gezicht in de plooi te houden. Diablo’s ademhaling was zwaar, zijn blik intens, alsof hij al de contouren van een plan aan het uitdenken was. Miguel deed een halve stap achteruit, alsof hij zo ver mogelijk bij het centrum van dit conflict vandaan wilde blijven zonder het al te duidelijk te maken. 

 

Toen Diablo zich weer terugtrok in zijn stoel en opnieuw die grimmige lach liet horen, voelde het alsof hij net had aangegeven dat dit pas het begin was. "Díselo," zei hij tegen Miguel, met een kort knikje naar mij. Miguel keek hem verward aan. "¿Qué cosa?" vroeg hij aarzelend. Diablo grijnsde breed, zijn tanden wit tegen zijn donkere huid. "Que no olvido. Nunca."

 

Miguel draaide zich langzaam naar me om, zijn stem nog schor van de zenuwen. "He says, ‘He doesn’t forget. Never.’" 

 

Ik haalde diep adem, mijn handen op het bureau om te voorkomen dat ze zouden trillen. Dit was geen onderhandeling meer. Dit was een waarschuwing, verpakt in een man die wist dat zijn woorden hun doel niet hoefden te missen. En hoewel ik niets zei, wist ik dat mijn leven vanaf nu een stukje ingewikkelder was geworden.

 

Diablo’s grijns verdween net zo snel als hij was gekomen, als een lichtenreclame die ineens uitvalt. Zijn gezicht werd een masker van beheersing, maar zijn ogen verraadden alles. Daarin zag je woede, frustratie, en iets wat je zou kunnen omschrijven als een diepgewortelde vastberadenheid om iemand – in dit geval mij – een lesje te leren. Hij nam een diepe ademteug en leunde naar voren, zijn ellebogen stevig op mijn bureau plantend alsof hij zichzelf moest verankeren om niet over de tafel te springen.

 

"¿Esto es por eso, verdad?" begon hij, zijn stem laag, bijna fluisterend, maar met een randje dat voelde alsof het elk moment kon ontploffen. Miguel keek opzij naar mij, onzeker of hij het moest vertalen. "Say it," zei ik kortaf, terwijl ik mijn best deed om mijn blik op Diablo gericht te houden zonder dat mijn ogen afdwaalden naar de kleine ader die nu pulserend in zijn slaap zichtbaar werd.

 

Miguel zuchtte zacht en herhaalde de woorden. "He asks, ‘This is about that, right?’" Zijn vertaling klonk gedempt, alsof hij hoopte dat de kracht van Diablo’s woorden zou afnemen door ze zachter uit te spreken. Tevergeefs.

 

Diablo keek me strak aan, zijn mondhoeken trilden licht, alsof hij een innerlijke strijd voerde om zichzelf in toom te houden. "Por lo que soy. Porque no te gusta que alguien como yo sea el mejor," vervolgde hij, en zijn stem werd iets luider, alsof hij zich niet langer kon beheersen. 

 

Miguel slikte moeizaam voordat hij sprak, zijn stem voorzichtig, alsof hij door een mijnenveld liep. "He says, ‘Because of what I am. Because you don’t like someone like me being the best.’"

 

Ik fronste, niet begrijpend wat hij bedoelde, maar voordat ik kon vragen om uitleg, vervolgde Diablo al, zijn handen nu vlak op het bureau geslagen, met vingers die zich herhaaldelijk spanden en ontspanden. "Eres un homófobo. No quieres que alguien como yo sea el capitán de tu equipo."

 

Miguel’s adem stokte even, en hij draaide zich naar mij met grote ogen, bijna alsof hij toestemming vroeg om het te vertalen. "He says… he says you’re a homophobe. That you don’t want someone like him to be captain of your team."

 

Ik voelde mijn mond openvallen, niet uit woede, maar uit pure verbijstering. Voordat ik ook maar iets kon zeggen, ging Diablo verder, zijn stem nu een mengeling van giftige rust en onderdrukte razernij. "Está bien. Cometieron un error. Pero yo voy a mostrarles. Lo van a ver. Lo van a sentir." 

 

Miguel vertaalde, zijn stem schor en gespannen. "He says, ‘It’s fine. You made a mistake. But I will show you. You’ll see it. You’ll feel it.’"

 

Diablo’s blik bleef nog even op me gericht, alsof hij probeerde mijn ziel te doorboren met zijn ogen, voordat hij langzaam opstond. Zijn bewegingen waren gecontroleerd, bijna elegant, maar je kon zien hoe zijn spieren zich onder zijn huid spanden, klaar om uit te barsten. Hij wierp een korte blik op Miguel, die meteen een stap achteruitdeinsde, en liep toen naar de deur zonder me verder nog een blik waardig te keuren.

 

Toen hij de deur met een harde klap achter zich dichttrok, bleef ik achter met Miguel, wiens gezicht bijna even wit was als het papierwerk op mijn bureau. "Did that just happen?" vroeg ik, mijn stem harder dan ik had bedoeld.

 

Miguel haalde zijn schouders op, zijn gezicht nog steeds vertrokken van ongemak. "Sí, boss. And I think he means it."

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Reacties en dergelijke.

Spoiler

 

Op 10-12-2024 om 19:49 zei Djurovski:

Voor alsnog een simpele keus gemaakt maar ik verwacht dat deze adder John nog wel ergens in zijn kont bijt in het vervolg

 

Zoiets als dit dus? ;) 

 

Op 10-12-2024 om 19:56 zei Marius:

Er worden wel meer vieze spelletjes gespeeld in het voetbal. Dus een leugentje om bestwil kan er dan ook wel bij.

 

Alleen gaat meneer nu naar de concurrent.

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt 

 

 

Edited by Nom de Guerre
Gepost (edited)

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXX. Here comes trouble

 

Na afloop van een overtuigende 4-2 overwinning op Zapaca, een ploeg uit de hoogste klasse, zat ik aan de zijlijn, mijn bezwete rug tegen een koel bierblikje gedrukt alsof dat genoeg zou zijn om de spanning van de wedstrijd weg te nemen. Het ijskoude gerstenat smaakte naar overwinning, niet dat de smaak nou beter werd, maar het voelde in ieder geval verdiend. Achterin stond het nog steeds niet helemaal zoals het moest. Ortega was nog altijd meer een poortwachter dan een sluitpost, en de rest van de achterhoede leek meer op figuranten in een slecht geregisseerde film. Maar onze vier aanvallers hadden dat met hun gruwelijke efficiëntie allemaal goedgemaakt.

 

Santi, de oerspits, was onze speerpunt. Sterk als een buffel en met de elegantie van een sloopkogel. Zijn kracht lag niet alleen in zijn vermogen om verdedigers uit de weg te duwen alsof ze winkelwagentjes waren, maar ook in zijn instinct. Geef hem een halve kans en hij knalde die bal erin met de zekerheid van iemand die weet dat hij goed is, en daar ook geen excuses voor maakt. Het publiek adoreerde hem, zelfs de tegenstanders leken met een soort masochistische bewondering naar hem te kijken.

 

Maar wat Santi echt dodelijk maakte, waren de mannen om hem heen. Niño de Guzmán had zijn rol als bijrolspeler in deze productie volledig omarmd, een vleugelflitser met de precisie van een laser. Hij trok aan verdedigers, strooide met steekpasses en had ook nog de koelbloedigheid om zelf het net te vinden als de gelegenheid zich voordeed. Zijn combinatie met De Armas, een speler die bij tijd en wijle een balletdanser leek met zijn sierlijke bewegingen, was een lust voor het oog. Die twee waren de artiesten, de architecten van chaos, en ze wisten dat Santi de afmaker was, de man die de genadeslag uitdeelde.

 

Cuadros, de meest technische van het stel, was de hersenen van de operatie. Zijn steekballen waren chirurgisch, zijn dribbels sierlijk, en zijn gebrek aan verdedigende inzet? Ach, dat zagen we voor deze wedstrijd door de vingers. Als hij de ruimte kreeg, en dankzij Santi kreeg hij die bijna altijd, was hij een tovenaar. De man had tijd en ruimte op een manier die bijna jaloersmakend was. Hij had geen haast, hij wachtte, keek, en prikte dan die ene pass waar niemand anders hem zag.

 

De vier samen waren een perfect geoliede machine, een aanvalsmachine die onze tekortkomingen achterin verdoezelde alsof ze niet bestonden. Natuurlijk, we hadden twee tegengoals gekregen, maar als je zelf vier keer scoort, wie maalt daar dan om? Zapaca wist niet wat hen overkwam. Je zag het ongeloof in hun ogen na iedere counter. Hun verdedigers stonden daar, de handen in de lucht, alsof ze protesteerden tegen het lot, niet tegen de scheidsrechter. 

 

Ik nipte opnieuw van mijn biertje, de bittere nasmaak van hop perfect passend bij de zoete nasmaak van overwinning. "Not bad," mompelde ik tegen niemand in het bijzonder, hoewel Miguel naast me zat en met een knik instemde. Zelfs hij, altijd kritisch, kon niet ontkennen dat het werkte. Het was niet perfect, maar het werkte. En in deze wereld was dat al heel wat.

 

Miguel zat naast me, diep voorovergebogen over zijn telefoon. Zijn duimen tikten razendsnel, alsof hij een noodbericht naar een crisiscentrum aan het typen was. Maar plotseling stopte hij. Hij verstijfde, zijn ogen wijd open gesperd, alsof hij net had gelezen dat de wereld zou vergaan. "Boss…" begon hij, zijn stem iets hoger dan normaal. Ik keek op van mijn biertje, geërgerd door de onderbreking. "What?"

 

Hij draaide zijn scherm naar me toe, maar ik kon het Spaans nog steeds niet fatsoenlijk ontcijferen. "Miguel, English, por favor," zei ik kortaf, terwijl ik mijn hand naar zijn telefoon uitstak om het zelf te proberen te lezen. Hij trok het apparaat net op tijd terug en haalde diep adem, alsof hij zich schrap zette om slecht nieuws te brengen. "Es Diablo, boss. He signed with San Pedro."

 

Die woorden hingen in de lucht als een slechte geur. "San Pedro?" vroeg ik langzaam, mijn wenkbrauwen omhoogtrekkend. "The same San Pedro that’s in our division?" Miguel knikte langzaam, alsof hij elk woord moest afwegen. "Sí, boss. That San Pedro. El mismo." Zijn blik gleed van zijn telefoon naar mij, zijn gezicht een mengeling van bezorgdheid en lichte paniek. 

 

"That bastard," mompelde ik, terwijl ik mijn glas iets te hard op de tafel zette. Het bier klotste tegen de rand, een perfecte weerspiegeling van mijn humeur. "Why the fuck would they sign him?"

 

Miguel haalde zijn schouders op, maar zijn gezicht verraadde dat hij er meer over dacht dan hij wilde toegeven. "Men like him… they not just want to play football. They want revenge. He is dangerous now. Más peligroso." Zijn stem werd zachter, bijna fluisterend, terwijl hij naar de grond keek. "He feels betrayed. And men driven by that… very bad, boss. Muy malo."

 

Ik keek naar hem, zoekend naar iets wat ik niet kon vinden. Troost? Een oplossing? Maar Miguel zat daar alleen maar, zijn duimen rustend op de rand van zijn telefoon, alsof hij elk moment een nieuw bericht verwachtte dat de situatie nog erger zou maken. "You’re telling me he’s not just signing to play football. He’s signing to fuck us over." Miguel knikte, langzaam en bedachtzaam. "Exacto."

 

Zijn gezicht vertrok even, alsof hij moest slikken. "You think he forgets what you say to him, boss? No. He remembers everything. Every word. Every insult." Hij legde zijn telefoon neer en keek me aan, zijn ogen donker en vastberaden. "He will come for us, boss. On the field, off the field. Men like him, they never stop."

 

Ik leunde achterover, mijn ogen op de tafel gericht terwijl ik probeerde mijn gedachten te ordenen. Het was alsof ik een tijdbom hoorde tikken, en die bom droeg nu een San Pedro-shirt. Miguel zuchtte zacht, alsof hij zichzelf moest overtuigen dat alles goed zou komen, maar zijn gezicht zei genoeg. Hij geloofde er geen donder van. En eerlijk gezegd, ik ook niet.

 

Terwijl Miguel nog steeds bezorgd zat te mompelen over Diablo en zijn drang naar wraak, verscheen Gloria vanuit het niets. Alsof ze kon ruiken dat er drama in de lucht hing en zichzelf uit verveling had uitgenodigd om toe te kijken. Ze kwam nonchalant aangelopen, een vaag geamuseerde blik op haar gezicht, terwijl ze een flesje water in haar hand ronddraaide alsof het een luxe cocktail was.

 

"You look like someone just pissed in your beer," zei ze, haar toon half spottend, half nieuwsgierig, terwijl ze haar blik van mij naar Miguel en weer terug liet glijden. 

 

"Not far off," bromde ik. Ik nam een slok van mijn bier, hoewel de smaak me inmiddels tegenstond. "Diablo signed with San Pedro." 

 

Ze fronste, haar wenkbrauwen lichtjes omhooggetrokken. "San Pedro? The same team you’re playing in two weeks?" 

 

"Exacto," zei Miguel, terwijl hij zuchtte en naar de lucht keek alsof hij op een goddelijke interventie hoopte. "El Diablo is now our problem again, señora."

 

Gloria leunde tegen de rand van de tafel, haar houding meer ontspannen dan de mijne. Ze draaide het flesje water open en nam een slok, zonder haar ogen van me af te houden. "So? You beat him once. You’ll do it again. No?" 

 

Ik grinnikte cynisch. "It’s not about the match, Gloria. It’s about what he’ll do outside the pitch. Men like him don’t forget. They don’t forgive." 

 

"Men like him," herhaalde ze, haar toon vol sarcasme. "Always so dramatic. Maybe he just wants to win, no? Maybe you’re not that important." Ze keek me aan, haar ogen glinsterend van provocatie.

 

Ik voelde mijn kaken zich op elkaar klemmen, maar voordat ik iets kon terugzeggen, nam ze nog een slok van haar water en trok een wenkbrauw op. "Or maybe he is coming for you, and you should stop drinking beer and start planning how to beat him."

 

Miguel knikte instemmend, zijn gezicht nog steeds bezorgd, maar nu met een vleugje hoop. "She is right, boss. Plan primero, panic later."

 

Gloria glimlachte breed, haar tanden glanzend in het zonlicht. "You boys and your rivalries. Always so predictable. Good luck, cabrón," zei ze, terwijl ze zich omdraaide en wegliep, haar heupen wiegend alsof ze precies wist dat ze alle aandacht had.

 

Ik keek haar na, terwijl Miguel naast me een kruisteken sloeg. "She scares me more than Diablo, boss," fluisterde hij. En eerlijk? Ik kon hem geen ongelijk geven.

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Reacties en dergelijke.

 

Spoiler

De updates zijn wat onregelmatiger, problemen met FM, een zieke harem thuis, dus de tijd om iets te doen is beperkt. Geen excuses, alleen een verklaring.

 

Op 12-12-2024 om 09:50 zei Marius:

Dit krijgt dus nog een staartje. Een zorg erbij voor John. Maar één meer of minder maakt wellicht ook niet meer uit  

 

Zag je dit staartje aankomen?

 

Op 12-12-2024 om 12:18 zei Djurovski:

Here comes trouble 

 

Dat is dusdanig de spijker op de kop geslagen, dat ik deze uitspraak leen als titeltje ;) 

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt @Mascini

 

Edited by Nom de Guerre
Gepost

John moet die angsthazerij van Miguel niet al te veel gaan overnemen als je 't mij vraagt. Wat gaat die Diablo in brengen tegen zo'n geoliede aanvalsmachine op z'n eentje? Of ben ik nu te goedgelovig? :D 

Gepost (edited)

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXXI. Een goed mens

 

Terwijl ik me met een lichte alcoholroes en een zware portie zelfmedelijden richting mijn kamer sleepte, merkte ik haar op. Gloria stond daar, leunend tegen de deurpost, haar armen losjes over elkaar gevouwen en een blik op haar gezicht die je ergens tussen nieuwsgierig en sceptisch kon plaatsen. Het was alsof ze me had opgewacht, maar ook alsof ze elk moment weer weg kon lopen, afhankelijk van wat ik zou zeggen. Haar houding was nonchalant, maar haar ogen spraken boekdelen. Ze had iets te zeggen en dat ging ik horen, of ik nu wilde of niet.

 

"You walk like an old man," begon ze, met een halve glimlach die net niet vriendelijk genoeg was om oprecht te zijn. "Maybe too many beers, cabrón?" Haar toon was licht spottend, maar er zat iets zachts onder, alsof ze voor het eerst overwoog dat ik misschien niet alleen maar een waardeloze klootzak was.

 

"Just tired," mompelde ik, terwijl ik mijn sleutels uit mijn zak friemelde. "Long day."

 

"Long day, porque you have to fight with Raúl and keep Miguel safe, no?" Ze zei het bijna terloops, maar haar ogen lieten me niet los. Ze had duidelijk nagedacht over wat ze ging zeggen en hoe. Gloria was niet iemand die zich makkelijk vergiste in mensen, en ik kon zien dat ze worstelde met iets wat niet helemaal in haar beeld van mij paste. 

 

"That was nothing," bromde ik, eindelijk de sleutel in het slot draaiend. "Someone had to do it."

 

"Sí," zei ze, en ze boog iets naar voren, waardoor haar stem zachter werd. "But no one does. Not here. Not in this place. Raúl gets what he wants, siempre. And you…" ze pauzeerde even en wees met haar vinger naar mijn borst. "You told him no. You stood up for Miguel. That is not nothing."

 

Ik keek naar haar, half in de war door haar woorden, half afgeleid door de manier waarop haar haar in het gedempte licht op haar schouder viel. "Doesn't make me a good man," zei ik uiteindelijk, schouderophalend.

 

"Maybe not," gaf ze toe, haar hoofd iets schuin houdend terwijl ze me bleef aankijken. "Pero, it means there is something good. Hidden, maybe. Deep down. Muy profundo." Ze glimlachte nu, klein, bijna melancholisch, alsof ze medelijden met me had.

 

Ik wist niet wat ik moest zeggen. Het was niet bepaald een lofrede, maar in een land waar de lat voor moraliteit op de grond lag, voelde het toch als iets. "Gracias, I guess," mompelde ik, terwijl ik eindelijk de deur opende. 

 

Ze stapte achteruit, haar houding weer iets afstandelijker. "Don't thank me, cabrón. Just don’t prove me wrong. Good night." 

 

Met die woorden draaide ze zich om en verdween de gang in, haar voetstappen licht, bijna geluidloos. Ik bleef even staan, met de sleutel nog in het slot, voordat ik eindelijk naar binnen ging. Haar woorden bleven hangen, als een echo in een lege kamer. Misschien zat er iets van goedheid in me. Of misschien was ik gewoon te moe om dat te ontkennen.

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Reacties en dergelijke.

Spoiler

 

Op 14-12-2024 om 13:57 zei Djurovski:

Jij mag dat. Kijk al uit naar de wedstrijd tegen San Pedro

 

Dat is inderdaad een beetje de setup zo :D 

 

Op 14-12-2024 om 13:58 zei Marius:

John moet die angsthazerij van Miguel niet al te veel gaan overnemen als je 't mij vraagt. Wat gaat die Diablo in brengen tegen zo'n geoliede aanvalsmachine op z'n eentje? Of ben ik nu te goedgelovig?  

 

Nou ja, als je het niveau van de meeste verdedigers daar bekijkt...

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt @Mascini

 

Edited by Nom de Guerre
Gepost

Een gemeend compliment van de plaatselijke schone? Of zit er meer achter? Het blijft uiteindelijk een vrouw, en dus wellicht ook voor geen haar te vertrouwen. Opletten John :D 

Gepost

Weer eens even bijgelezen na een weekje ziek in het bed te hebben gelegen. Blijft een geweldig verhaal en wederom blijkt dat onze John meerdere lagen heeft. Gloria lijkt dat ook te zien, maar welk beeld zal beklijven? De straatvechter en moordenaar die overleefd of de diep verstopte man die goed wil doen?

Gepost (edited)

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXXII. Plannen tot in de tertiaire lijn

 

In mijn hoofd kolkte het. Geen storm, geen orkaan, geen gewelddadige chaos, maar zo’n sluimerende, zeurende wervel van gedachten die zich in alle hoeken van je brein nestelen en weigeren op te houden met malen. Plannen, altijd plannen. En dan alternatieven. Backups. Dan backups voor de backups. Tertiaire strategieën voor het geval plan A, B en C allemaal met een sisser afliepen of juist met een explosie die de halve club meesleurde. Alles wankel, alles potentieel dodelijk voor mijn loopbaan.

 

Het voelde als pokeren, maar dan met drie kaarten minder en tegen gasten die al lang in je hand hadden gekeken. En je wist dat ze vals speelden, maar je wist niet hoe of wanneer ze zouden toeslaan. Alleen dát ze het zouden doen, stond vast. Ik had een tafel voor me, maar ik kende de regels niet en de croupier had een mes onder zijn mouw.

 

De waarheid was dat ik geen controle had. Niet echt. Niet zoals in Cyprus of Turkije, waar ik tenminste nog het idee had dat ik de poppenspeler was, dat ik aan de touwtjes trok. Hier? Hier was ik één van de poppen. En ik wist verdomme niet eens wie de touwtjes vasthield. Raúl? Misschien. Gloria? Ook mogelijk. Misschien Miguel. Misschien was het Miguel die alles wist en al die tijd de touwtjes met zijn smoezelige vingertjes bediend had. Misschien hield hij me aan het lijntje, misschien redde hij mijn leven. Misschien deed hij allebei.

 

De paranoia kroop langzaam onder mijn huid als een hardnekkige mug in een hotelkamer zonder klamboe. Je weet dat-ie er is. Je hoort 'm soms e je weet dat hij je gaat steken, je weet alleen nog niet wanneer.

 

Ik moest informatie hebben. Geen roddels, geen meningen, geen vage herinneringen van halfdronken assistenten die iets opgevangen hadden in een cantina. Ik had feiten nodig. Data. Informatie was het nieuwe goud, het nieuwe wapen, het nieuwe levenselixer. En ik had een dorst die niet met rum of bier kon worden gelest.

 

Misschien moest ik dingen doen die niet door de beugel konden. Niet dat er hier een beugel wás. De morele lat lag hier ergens onder de grond, ingegraven in een onvindbare greppel achter het trainingsveld. En zelfs daar werd er nog over gestruikeld. Dus moreel kompas of niet, ik zou moeten graven. Letterlijk, figuurlijk, psychologisch. Wie iets wilde bereiken in Guatemala, moest vies durven worden.

 

En ik? Ik had al lang geen schone handen meer. In Cyprus had ik financieel de zaak besodemieterd en mijn enige vriend in dat land besodemieterd, nog even los van de dopingperikelen en het verzieken van de carrières van een stel welwillende en goed betalende amateurs. In Turkije had ik mijn sterspeler verkocht om rust te krijgen in de kleedkamer en omdat ik zijn moeder had geneukt. In zekere zin was Erzincan het begin van een neerwaartse spiraal geweest, daar had ik bloed op mijn handen dat met geen enkele vorm van eerherstel af te wassen was. Geen domme metaforische uitspraak, echt bloed. 

 

Maar Guatemala… dat was een ander beest. Hier ging het niet om macht, hier ging het om overleven. En daar hoorde bij dat je de juiste vragen stelde aan de juiste mensen, zonder dat zij doorhadden dat jij vragen stelde. Je moest luisteren naar wat er niet werd gezegd, naar de blikken tussen twee zinnen door, naar de stilte voor een antwoord. Hier was de waarheid een fluistering in een kamer vol schreeuwers.

 

Ik vertrouwde niemand. Miguel niet. Gloria niet. Raúl al helemaal niet. De spelers? Die vertrouwden zichzelf nog niet eens. En dat was misschien het enige voordeel dat ik had. Ik wist dat ik in een wespennest zat. Anderen dachten dat het honing was.

 

Dus maakte ik lijstjes. In mijn hoofd, soms op papier, soms op bierviltjes of servetjes. Wie wist wat? Wie had wat te winnen? Wie had wat te verliezen? En wie had net iets te veel belang bij mijn mislukking? Want dat was het spel hier. Je hoefde niet te winnen, je hoefde alleen maar te zorgen dat iemand anders verloor. Een subtiel verschil, maar fundamenteel.

 

Ik was van plan iedereen voor te zijn. Ik zou luisteren, kijken, knikken, zwijgen, grijnzen waar nodig, dreigen als het moest, en fluisteren als het beter uitkwam. Elke waarheid heeft een prijs, en ik stond op het punt te betalen, in tijd, in aandacht, in slapeloze nachten en goedkope rum.

 

De wedstrijd op het veld was kinderspel vergeleken met de strijd die zich achter de schermen afspeelde. Daar werd de echte stand bijgehouden. Daar telde het, daar werd de prijs bepaald. En ik was niet van plan onderaan die ranglijst te eindigen. Ik was misschien een cynicus, misschien een klootzak, misschien een halve moordenaar. Maar ik was ook een overlever. En als ik één ding geleerd had van al die jaren in de marge van het voetbal, dan was het dit: je hoeft geen held te zijn, als je maar als laatste rechtop blijft staan.

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Reacties en dergelijke.

 

Zo, it's been a while. In december crashte mijn game, niet deze save maar letterlijk heel mijn FM24 ging kaduuk. Dat hakte er bij mij echt even in, ik heb toen een tijdje amper FM gespeeld, zelfs nadat ik mijn spel had gerepareerd. Daardoor ging deze novelle even de ijskast in. Het verhaal van John is nog niet afgelopen, maar ik had even geen zin om het te vertellen. Nu begint het weer een beetje te kriebelen, dus ik waag me weer voorzichtig in het water.
 

Spoiler

 

Op 15-12-2024 om 17:38 zei Djurovski:

Gloria lijkt toch een beetje te ontdooien

 

Het is en blijft een vrouw, dus wie zal het zeggen :D 

 

Op 15-12-2024 om 18:00 zei Marius:

Een gemeend compliment van de plaatselijke schone? Of zit er meer achter? Het blijft uiteindelijk een vrouw, en dus wellicht ook voor geen haar te vertrouwen. Opletten John :D 

 

Ik ben getrouwd en ik heb drie dochters, maar ik durf eerlijk te zeggen dat ik vrouwen niet begrijp. 

 

Op 17-12-2024 om 13:24 zei ElMarcos:

Weer eens even bijgelezen na een weekje ziek in het bed te hebben gelegen. Blijft een geweldig verhaal en wederom blijkt dat onze John meerdere lagen heeft. Gloria lijkt dat ook te zien, maar welk beeld zal beklijven? De straatvechter en moordenaar die overleefd of de diep verstopte man die goed wil doen?

 

Of gewoon alledrie? Just for the fun of it.

 

Mocht je getagd willen worden, of juist niet meer, hit me up.

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt @Mascini

 

Edited by Nom de Guerre
Gepost

Mijn dag was al goed, maar hier een nieuwe update zien verschijnen, maakt 'm enkel maar beter. Razend benieuwd alvast hoe het verder gaat met John. Hij lijkt zich al van het één en ander bewust, maar of dat 'm nog kan redden van zijn eigen ondergang is een andere vraag.

Gepost

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXXIII. Aurora; meer dan een hippiekutjesnaam

 

Het nadeel van een dergelijke mindset; altijd op scherp staan, overal een dubbele bodem in zien, voortdurend denken dat iemand je bespioneert of genaaid heeft zonder dat je het merkt, is dat je er niet bepaald uitgerust door wakker wordt. Je lichaam slaapt misschien, of doet alsof, maar je hoofd ratelt verder alsof het een defecte roltrap is op een slecht onderhouden vliegveld. Elke droom voelt als een nachtdienst, elk ontwaken als een verhoor.

 

Dus zat ik rechtop in bed. Want echt liggen deed ik niet meer. Ik zweefde erboven, metaforisch dan, een soort spook van mezelf dat al weken geen goede nacht meer had gehad. Mijn rug deed pijn van de houding waarin ik de nacht had doorgebracht en mijn mond smaakte alsof ik een natte krant had gekust. Het enige wat niet pijn deed, was mijn geweten. Maar dat kwam omdat ik daar al jaren geen actief gebruik van maakte.

 

Tot nu toe was het me redelijk gelukt om geen uitvlucht te zoeken in verdovende middelen. Geen pillen, geen poeders, geen spuiten. Enkel alcohol en af en toe een sporadische sigaar waarvan je niet helemaal wist of het pure tabak was. Of risicovolle seks. Al moet je daar ook maar net zin in hebben, tussen de paranoia en de plotwendingen door. Seks is trouwens ook maar beperkt verdovend als je jezelf direct na de daad begint af te vragen of je net intiem bent geweest met een pion van de tegenpartij.

 

Maar goed. De vraag was vooral hoe lang ik dit kon volhouden. Dit tempo. Deze mentale achtervolgingsrace. Constant drie stappen vooruit denken, terwijl de rest van je lijf nog bezig is de tweede stap af te maken. Je hoofd als een overwerkte boekhouder, je lijf als een uit elkaar vallende Trabant.

 

Wat ik nodig had, was rust. Maar rust krijg je hier niet. Rust is iets voor mensen die met pensioen zijn of een functionerend sociaal vangnet hebben. Rust is voor de mensen met een vaste baan, een tuin, een hond en een thermostaat die je niet hoeft te ontmantelen als de huur te laat is. Niet voor mij. Niet voor een voetbaltrainer in ballingschap, die zich door de krochten van het Latijns-Amerikaanse voetbal sleept met een selectie die eerder aan groepsbehandeling dan aan training toe is.

 

Misschien moest ik het allemaal loslaten. Een paar dagen de teugels laten vieren. Niet meteen naar de fles grijpen, maar gewoon even… niets. Maar zelfs dát lukte me niet. Nietsdoen is namelijk ook iets. En ik was moe van alles zijn. Zelfs moe zijn was vermoeiend geworden.

 

Dus lag ik daar, zwetend in lakens die ik zelf niet verschoond had, starend naar het plafond dat me geen antwoorden gaf. De ventilator tikte. Buiten blafte een hond. En ik? Ik telde de opties die ik nog over had, en kwam op steeds minder uit.

 

De eerstvolgende oefenwedstrijd hielp natuurlijk weer eens voor geen meter om de druk van de ketel te halen. We speelden thuis tegen Aurora, blijkbaar niet alleen een naam die hippiekutjes geven aan hun eerstgeboren dochter terwijl ze placenta smoothiebars op Instagram reviewen, maar ook een club in Guatemala met een logo dat eruitzag alsof het ontworpen was in Paint door een stagiair met Parkinson.

 

Mijn plan was simpel. De eerste helft met de beoogde basisspelers, zodat ze konden laten zien dat ze elkaar op zijn minst niet open zouden krabben voor het eerste fluitsignaal. En dan de tweede helft voor de reserves, in de hoop dat één of twee jongens ineens Messi in zichzelf zouden ontdekken en me dwingen om ze op te stellen tegen de wil van de natuur in. Simpel. Doelgericht. Iets dat ook een ander mens met een half werkend brein zou bedenken.

 

Alleen was de coach van Aurora blijkbaar ook wakker geworden met een notitieblok vol goeie bedoelingen en een warm gevoel in zijn onderbuik dat het vandaag allemaal wel zou lukken. Die lul had exact hetzelfde idee. Dus wat kreeg je? Mijn beoogde basis elf tegen hun reserves. En daarna mijn bankwarmers tegen hun elite.

 

Hannibal Smith van The A-Team zei altijd: “I love it when a plan comes together.” Die vent met z’n grijze haar en z’n debiele leerjack, lurkend aan een sigaar alsof hij net vrede in het Midden-Oosten had gesticht. Maar in mijn wereld, in het universum waarin ik opereer, kwam er verdomme nooit eens een plan samen. Als er al een plan was, dan werd het verkracht, aan stukken gescheurd, heropgebouwd met plakband en cynisme, en vervolgens alsnog van een brug gegooid door een dronken buschauffeur.

 

De eerste helft mocht je amper een wedstrijd noemen. Het was meer een demonstratie van hoe groot het verschil kan zijn tussen een groep profs met halve persoonlijkheidsstoornissen en een stel bankzitters dat bij Aurora blijkbaar was opgetrommeld omdat hun neven toevallig in de buurt woonden. Het was voetbal zoals je dat alleen ziet op zondagochtend, wanneer een team nog dronken is van de avond ervoor en de andere helft hun kniebeschermers achterstevoren draagt.

 

De helft van de reserves van Aurora leek überhaupt niet te weten wat buitenspel was. Alsof ze dachten dat het een suggestie was. Een mening. Iets vaags dat de scheids in z’n vrije tijd erbij verzon om de spanning erin te houden. En passen? Vergeet het. Als ze de bal al kwijt konden, dan was het altijd op een manier die je deed twijfelen aan hun dieptezicht, motoriek, of simpele hersenactiviteit. Eén van hun middenvelders trapte een bal zo hard naar voren dat hij linea recta bij onze keeper eindigde, zonder ook maar één medespeler in de buurt. Ik heb muggen gezien met meer spelinzicht.

 

De ruststand was 3-0. En dat was, zoals dat dan heet, een schamele afspiegeling van de werkelijke krachtsverhoudingen. Als we iets klinischer waren geweest, of gewoon iets minder dom, had het makkelijk 7-0 kunnen zijn. Cuadros scoorde een keer, met zo’n typische tikje-breed-tikje-terug-actie die er net iets te gelikt uitzag voor het niveau waarin we opereren. En Santi? Die had zijn knaldrang weer gevonden en propte er twee in, allebei met dat grijnzende cynisme dat hij alleen uitstraalde wanneer hij zich ver verheven voelde boven de rest. Wat, eerlijk is eerlijk, ook gewoon het geval was.

 

Maar verder? Verder waren we voorin vooral een kliniek in verkeerde keuzes. Onmogelijke steekpasses door vier man heen. Schoten vanaf dertig meter die meer richting maan dan doel gingen. Oogkleppen op, denken dat je Maradona bent, terwijl je net twee keer over je eigen voeten bent gestruikeld. Het soort zelfoverschatting dat normaal alleen te vinden is bij mensen die crypto kopen op basis van YouTube-filmpjes.

 

Het was allemaal net niet. Of nee, het was vooral teveel. Teveel ego, teveel gelul, teveel spelers die dachten dat ze het verschil konden maken zonder zich af te vragen voor wie of waarom. Alleen Santi leek vandaag te begrijpen wat er moest gebeuren: bal krijgen, omdraaien, vlammen. Maar zelfs hij keek af en toe met zo’n blik van “waar ben ik in godsnaam terechtgekomen”. En dat is een blik die je liever niet ziet bij je topscorer. Al helemaal niet tegen de B-keus van een club die naar een disneyprinses genoemd is.

 

De tweede helft was, hoe zal ik het zeggen, niet veel beter. Of nou ja, niet beter op een manier die doet vermoeden dat iemand er iets van geleerd heeft. Het was voetbal met het enthousiasme van een sollicitant die net gehoord heeft dat het minimumloon écht het maximum is. Een soort collectieve faaldrang vermomd als goede bedoelingen. Want soms willen mensen te graag laten zien wat ze allemaal kunnen. Dan wordt het geforceerd. Dan gaan ze pushen, dribbelen, rennen, schreeuwen, wijzen, poseren, en vooral: de bal verneuken.

 

Zie hier: wat er gebeurde. Onze reserves hadden zichzelf wijsgemaakt dat dit hún moment was. Dat dit hun auditie was voor de grote rol. Dat dit de aflevering was waarin de figurant de held werd. Alleen vergaten ze dat de held meestal ook moet scoren, passen naar de juiste kleur of in elk geval niet opzichtig struikelen over zijn eigen ego.

 

Aurora had in de rust hun betere spelers gebracht, maar het was niet eens dat we weggespeeld werden. Nee, we gaven ze gewoon de bal en nodigden ze uit met een briefje erbij: "Doe maar wat, wij slaan het gade met de zelfverzekerdheid van een kalkoen in november."

 

De twee tegendoelpunten waren niet het gevolg van briljant aanvalsspel, maar van dommigheid in zijn puurste vorm. Een verkeerde inspeelpass achterin omdat iemand dacht dat hij Busquets was, gevolgd door een dramatische terugspeelbal die eerder een zelfmoordpoging was dan een voetbalactie. De keeper kon alleen maar met zijn hoofd schudden. Als hij Spaans had gesproken, had hij wellicht iets geroepen in de trant van “esto es una mierda,” maar er kwam geen woord uit, dus bleef het bij het universele gebaar van handen in de lucht en het hoofd in de nek gooien.

 

Voorin was het al niet veel beter. Dezelfde fouten als bij de basiskrachten. Dribbelen terwijl passen handiger was, passen terwijl een dribbel slimmer was, schieten terwijl de bal nog niet eens goed lag. Alsof je een pan soep wilde maken, maar vergeten was water, groenten en smaak toe te voegen, en dan toch met trots zei: “Eet maar, er zit wel een lepel in.”

 

Er werd niet gescoord. Niet eens dichtbij. Het dichtste wat iemand bij een doelpunt kwam, was toen onze linksback bij een hoekschop struikelde en met zijn voorhoofd tegen de paal knalde. Op dat moment juichte ik bijna. Niet omdat ik hoopte dat hij bewusteloos zou raken, maar gewoon, omdat het eindelijk ergens op leek. Iets dat een impact had.

 

Na afloop stond het dus 3-2. En dat was nog geflatteerd ook. Niet voor Aurora, maar voor ons. Want als je tegen elf man speelt die de eerste helft op de bank zaten en de tweede helft nog net niet op klompen, en je weet je dan alsnog niet te onderscheiden, dan verdien je geen basisplek. Dan verdien je een gesprek met een psycholoog. Of een vakopleiding. Misschien iets in de logistiek of afvalverwerking.

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Reacties en dergelijke.

 

Bedankt voor de reacties, mannen.

Spoiler

 

23 uur geleden zei ElMarcos:

Mooi dat je terug bent! Wederom een heerlijk stuk. Benieuwd hoe het avontuur van John verder gaat.

 

Uiteraard slecht, de man heeft een aangeboren talent voor drama en ellende ;) 

 

20 uur geleden zei Djurovski:

Fijn dat deze weer verder gaat. Begint John niet wat te paranoia te worden of speelt er idd meer om hem heen

 

Paranoïde? Zeker! Zou jij niet gek worden in zo'n situatie?

 

19 uur geleden zei Marius:

Mijn dag was al goed, maar hier een nieuwe update zien verschijnen, maakt 'm enkel maar beter. Razend benieuwd alvast hoe het verder gaat met John. Hij lijkt zich al van het één en ander bewust, maar of dat 'm nog kan redden van zijn eigen ondergang is een andere vraag.

 

Ik heb nog wel wat plottwists in gedachten.

 

Mocht je getagd willen worden, of juist niet meer, hit me up.

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt @Mascini

 


 

Gepost

Wat een heerlijke titel haha. Love it. Verder weer een heerlijk stukje. Fijne dat John voorlopig van de drugs afblijft al weet je het nooit met die sigaren

Gepost

Echt hard moeten lachen weer. Volg deze novelle al een hele tijd, en mede deze schrijfsels hebben er voor gezorgd dat ik zelf weer in de pen ben geklommen.
Enfin, hopelijk krijgt John ergens iets van rust, of iig een fatsoenlijke pot voetbal te zien.

Gepost

Dan zoekt een mens wat gemoedsrust, en vervolgens krijg je dit koud op je bord. Het zit John ook niet mee. Althans. Het spel zat niet mee. De drie punten mochten wel gewoon op zak gestoken worden. En dat is ook al iets. Nu de rest nog.

Gepost

dd236ba1d717898050bf7d00451a7500.png

 

CDXXXIV. Muiterij

 

“So what went wrong here?” vroeg ik, met diezelfde toon die leraren gebruiken vlak voordat ze hun leerlingen collectief een onvoldoende geven, wetende dat de helft van de klas z’n boek nooit heeft opengedaan. Ik keek naar Miguel, die zijn schouders ophaalde, zuchtte alsof hij een last van eeuwen op zijn rug droeg en vervolgens begon aan de vertaling. En toen brak de hel los.

 

Wat volgde was een kakofonie van geluid die je normaal gesproken alleen hoort in een slecht georkestreerde opera over de val van Rome. Spelers schreeuwden, wezen, trokken gezichten alsof hun moeder zojuist met de tegenstander was meegegaan. Het was een symfonie van schuldverschuiving, gespeeld op een gammele viool van ego en onvermogen.

 

Het leek alsof ik een kleuterklas voetbalshirts had aangetrokken en ze vervolgens gevraagd had wie er de vaas gebroken had. Hij begon! Nee, hij stond verkeerd! Ik moest invallen op rechts, maar ik ben links! Het waren allemaal excuses met het intellectuele gewicht van een pannenkoek. Ze ratelden en ratelden, ieder op zoek naar een uitweg die hen vrijpleitte van enige vorm van verantwoordelijkheid, alsof ze meedoen aan een spelshow waarin degene met de beste smoes een plekje op de bank mag behouden.

 

Ik schudde mijn hoofd. Niet langzaam, bezonnen en vaderlijk. Nee, geërgerd, driftig, alsof ik probeerde een loszittend herinneringetje los te rammelen dat me eraan moest herinneren waarom ik dit ooit leuk had gevonden. Enige zelfreflectie? Die was verder weg dan een betrouwbare scheidsrechter in de derde klasse van Guatemala. Als ze al een spiegel bezaten, dan gebruikten ze die alleen om hun haar te checken. Of om te oefenen hoe je geloofwaardig verbaasd moet kijken wanneer je schuldig bent aan een tegengoal.

 

Het hele tafereel had iets tragikomisch. Alsof je naar een toneelstuk keek dat geschreven was door een gefrustreerde amateur zonder gevoel voor structuur of logica, maar waar de acteurs zelf dachten dat ze een Oscarnominatie verdienden. En ik? Ik zat op de eerste rij. Zonder popcorn. Met hoofdpijn.

 

Een andere invalshoek dan maar. De kakofonie van schuldverschuiving had weinig opgeleverd, behalve hoofdpijn en een groeiende behoefte aan rum. Sir Alex Ferguson, die ouwe Schotse veldheer met het gezicht van een norse stamboomboer en de stem van een kettingrokende kerkuil, stond bekend om zijn fameuze hairdryer treatment. Op luttele centimeters van je neusgat krijsen tot je neusvleugels trilden en je ziel besloot emigratie aan te vragen. Het werkte in Manchester, bij multimiljonairs met ego's groter dan hun spiermassa. Maar werkte dat hier? In deze machocultuur, waar schreeuwen vaak alleen maar leidde tot terugbrullen?

 

Was ik daar het type voor? Niet echt. Mijn stem had het timbre van een brakke cassetterecorder uit de jaren negentig en mijn woede-uitbarstingen eindigden doorgaans in ironie in plaats van intimidatie. Bovendien, als je hier tegen een speler schreeuwde, had je een reële kans dat hij je de dag erna met een machete achterna zat. Niet figuurlijk. Echt.

 

Dus besloot ik het over een andere boeg te gooien. Een iets empathischer toneelstuk, met mijzelf in de hoofdrol als de nederige leider met zelfinzicht. Een Oscarwaardige performance in de categorie Best Actor in a Role He Absolutely Did Not Prepare For.

 

“We all fucked up,” zei ik, terwijl ik ze stuk voor stuk aankeek. “All of us. No exceptions. That includes me.”

 

Miguel vertaalde, zijn stem iets zachter dan normaal, alsof hij zelf ook niet wist of dit script goed zou vallen in de kleedkamer van los testosteronos.

 

Maar ik zag het effect. Hier en daar kromde een schouder zich net iets minder. Een paar ogen weken van de vloer en vonden de mijne. Geen grote gebaren, geen plots applaus, geen hallelujah-moment. Maar het was iets. En in dit vak leer je snel tevreden te zijn met iets. Goed voorbeeld doet goed volgen, zeggen ze. Al vergeten ze erbij te vertellen dat het vooral werkt bij mensen die bereid zijn om überhaupt te volgen. Bij deze bende was dat nog maar de vraag. Maar ik had het tenminste geprobeerd. En dat is meer dan je van de meeste dictators kunt zeggen.

 

Uiteraard was ik weer eens vergeten dat ik de beschikking had over een onvervalst enfant terrible in de selectie. Het soort speler waar de bal verliefd op werd, maar die je het liefst elke ochtend met een rubberhamer op z’n slaap zou willen tikken. Santi. El Tanque. De man die scoorde met zijn linkervoet, zijn rechterelleboog en zijn geslachtsdeel, maar bij wie elke zin die uit z’n mond kwam eindigde in een explosie van frustratie, arrogantie of pure zelfverheerlijking.

 

Ik had net mijn nobele poging tot teamgevoel afgerond, de lucht was gevuld met ongemakkelijk zwijgen en de eerste spelers leken zelfs hun hoofd iets te knikken, alsof ze net ontdekt hadden dat denken een optie was. Tot Santi zijn moment rook. Hij stond op, traag, alsof hij verwachtte dat de camera’s op hem zouden inzoomen. Armen gekruist. Kin omhoog. Die blik van een man die dacht dat God een fout had gemaakt door hem niet met vleugels te scheppen.

 

“Tal vez necesitamos un nuevo entrenador,” zei hij, en het was meteen duidelijk dat het geen suggestie was, maar een dolk met een glimlach eromheen. “Un jugador-entrenador tal vez. Alguien que conoce esta liga.”

 

Hij keek me aan met de blik van een opstandige puber die net z’n eerste sixpack heeft opgedronken en denkt dat hij Socrates is, de filosoof én de Braziliaanse middenvelder in een combiverpakking. De groep hield de adem in. Zelfs de luchtventilatie leek even te stoppen met z’n werk. En toen, als toegift, alsof hij nog niet genoeg op het graf van het fatsoen had gespuugd, volgde: “Alguien que hable el idioma... y no necesite un... intérprete.”

 

Hij liet het woord glijden als een slijmspoor, en daarbij maakte hij dat typische gebaar. Je kent het wel. Zo'n halfslachtig wapperen met de vingers, alsof Miguel een gebruikt servet was dat per ongeluk op het bord was blijven liggen. Ik zag Miguel verstijven. Niet omdat hij het niet begreep, maar juist omdat hij het wél begreep. Elke letter. Elke toon. Elk venijnig tikje minachting dat tussen die woorden had gezeten.

 

En ik? Ik stond daar, met de elegantie van een leraar die zojuist is ondermijnd door de populairste pestkop van de klas. In een kleedkamer die meer op een arena begon te lijken. Dit was geen team, dit was een zooitje individualisten dat net genoeg gemeen had om elkaar te haten in plaats van te helpen. En in het midden stond ik. Coach, leider, clown met een fluitje.

 

Santi was nog net geen vlag geplant met zijn naam erop, maar zijn boodschap was duidelijk: dit was zijn wereld, ik was te gast. Tijdelijk. Misschien moest ik hem daar eens op gaan wijzen. Met woorden of misschien een kortstondig verblijf op de bank.

 

Twijfel is dodelijk. Het is het gif dat zich nestelt in de kleinste kiertjes van je besluitvorming, het parasitaire gesputter dat elke actie vertraagt tot je alleen nog maar staat te dralen, terwijl de wereld om je heen je allang heeft ingehaald en opgevreten. Fight, freeze, flight. De grote drie. Een trits gedragingen die in theorie keurig worden uitgelegd door evolutionair psychologen, alsof het een keuzemenu is bij een friettent.

 

Alleen... freeze of flight? Die stonden niet op mijn kaart. Freeze is voor konijnen die denken dat als je heel stil blijft staan, de naderende vrachtwagen je vanzelf vergeet. En flight is voor de types die hun schoenen vergeten terwijl ze vluchten, en daarna beweren dat ze nooit echt van plan waren om te blijven.

 

Nee, het zou fight worden. Niet omdat ik me een held voelde, maar omdat het alternatief simpelweg erger was. Weggaan met de staart tussen de benen terwijl die klote Santi zijn vleugels spreidde en de kleedkamer veroverde alsof hij een Latijns-Amerikaanse Napoleon was met een nektapijtje. Of zwijgen, en daarmee het definitieve verlies van elke vorm van respect, inclusief het mijne voor mezelf.

 

Ik voelde mijn maag samenknijpen. Niet van angst, maar van het besef dat ik de afgrond in ging kijken en misschien iets moest terugroepen. Iets scherps. Iets dat snijdt. Want als dit een gevecht werd, dan moest het een vuil gevecht zijn. Ik was geen strateeg, geen visionair leider met een tactisch meesterplan. Ik was John Smits. Een vent van de Donderberg met iets te veel foute beslissingen op zijn cv en een ongezonde voorkeur voor fastfood en foute vrouwen. Maar ik was niet bang. Niet echt.

 

Dus zou ik vechten. Misschien verloor ik. Misschien werd ik afgemaakt. Misschien eindigde ik met een sigaret op m’n lip, bloed in m’n mondhoek en mijn ontslagbrief op zak. Maar als ik ging, dan ging ik met een knal. En als Santi dacht dat hij het laatste woord had gehad, dan had hij duidelijk nog nooit een Roermondenaar met een kater ontmoet.

 

8c1e1e26f9865e40b6a61ae8c04d04a3.png

 

Bedankt voor de reacties weer, mannen.

Spoiler

 

15 uur geleden zei Djurovski:

Wat een heerlijke titel haha. Love it. Verder weer een heerlijk stukje. Fijne dat John voorlopig van de drugs afblijft al weet je het nooit met die sigaren

 

Op de school van de kids zit een Aurora en dat is een onvervalste hippie. Inspiratie, inspiratie. Ik kan het niet uitsluiten dat drugs een rol gaan spelen, ik heb "Blow" gezien :D 

 

15 uur geleden zei FSc1997:

Echt hard moeten lachen weer. Volg deze novelle al een hele tijd, en mede deze schrijfsels hebben er voor gezorgd dat ik zelf weer in de pen ben geklommen.
Enfin, hopelijk krijgt John ergens iets van rust, of iig een fatsoenlijke pot voetbal te zien.

 

Cool, dan mag ik mezelf tot muzen rekenen :D  Leuk dat je al zolang mijn brainfarts volgt. 

 

11 uur geleden zei Marius:

Dan zoekt een mens wat gemoedsrust, en vervolgens krijg je dit koud op je bord. Het zit John ook niet mee. Althans. Het spel zat niet mee. De drie punten mochten wel gewoon op zak gestoken worden. En dat is ook al iets. Nu de rest nog.

 

Een beetje drama hoort er bij, toch? :D 

 

Mocht je getagd willen worden, of juist niet meer, hit me up.

 

Tags voor @Djurovski @ElMarcos @Marius @spoedt @Mascini @FSc1997

 

Gepost

Net als je denkt dat zo'n spelersgroep enige sympathie kan opwerpen en uit je hand gaat eten, staat er toch nog één oetlul op. Pak 'm maar lekker terug John. Boontje komt om zijn loontje.

Join the conversation

You can post now and register later. If you have an account, sign in now to post with your account.

Guest
Reply to this topic...

×   Pasted as rich text.   Paste as plain text instead

  Only 75 emoji are allowed.

×   Your link has been automatically embedded.   Display as a link instead

×   Your previous content has been restored.   Clear editor

×   You cannot paste images directly. Upload or insert images from URL.

  • Recently Browsing   0 members

    • No registered users viewing this page.
×
×
  • Create New...