Wat als je een blik kon werpen in de toekomst van het voetbal? Stel je voor dat je 100 jaar vooruit kon kijken en kon ontdekken welke ongelooflijke veranderingen, triomfen en verrassingen de wereld van voetbal te wachten staan. Wel, het is tijd om je voorstellingsvermogen te overtreffen en je te laten meeslepen door onze nieuwe reeks artikelen. Vandaag werpen we onze blik op het land van de liefde mon amies. We nemen de Ligue 1 onder de loep.
De grote vraag is natuurlijk ‘hoeveel titels heeft PSG?’. Zij zullen inmiddels de ongekende recordkampioen van Frankrijk zijn, de champion du record, het Bayern München van Frankrijk. Hoe sterk was hun overmacht? We gaan het zien in un, deux, Troyes. Oké, dat geintje was niet Brest.
Maar wat nu als we zeggen dat het record helemaal niet zo bijzonder hoog is? Natuurlijk, 48 titels als recordkampioen is niet slecht, maar de nummer 2 zit er maar zes titels vandaan. O, PSG is ook helemaal de recordhouder niet..
De kracht van de Parijzenaren ligt in de beginjaren. Als we het sterrenteam van de laatste honderd jaar bekijken zien we daar nog een aantal bekende namen in de basiself staan, zoals Donnarumma, Bitshiabu en uiteraard Kylian Mbappé, die in 621 duels tot 390 treffers kwam en in 194 interlands voor Les Bleus 129 treffers maakte, waarna hij gedurende een fraaie trainerscarrière nog drie jaar werkzaam was voor PSG, alvorens op zijn zestigste af te zwaaien na een periode van vier jaar als bondscoach van Frankrijk.
2023 – 2040, de oliedollars aan het werk
De eerste periode is ook wel de PSG-periode. En als je bekijkt dat ze uiteindelijk dus niet de recordkampioen zijn, dan is het helemaal apart om te zien dat ze aan het begin zoveel titels pakken. Twee enkele titels wist AS Monaco af te snoepen van PSG, de rest was een prooi voor Mbappé en consorten.
Wat was er dan wel spannend in de Ligue 1? Nou, vooral de teloorgang van Lille. Werd de ploeg in 2021 nog de laatste Franse ploeg die PSG van een titel af wist te houden, speelt de club anno 2040 in de Championnat National, het derde niveau van Frankrijk. Au.
2038-2039: De degradatie van Lille, samen met voormalig grootheid Auxerre, uit de Ligue 2.
Bleef PSG zo aan de top door al het transfergeweld dan? Nou, duidelijk is dat de Parijzenaren sinds de Qatarese overname gigantisch met geld liepen te smijten. Alle transfers groter dan 100 miljoen zijn van de hand van PSG, maar ook Stade Brest doet een aardige duit in het zakje. De club uit de kuststad is in handen van een Sultan uit de Emiraten en dat heeft de club zich al aardig doen ontwikkelen. Dit wordt verder aangetoond door de knappe derde plaats in het seizoen 2039-2040.
Alle grote transfers (2023 – 2040)
Het grote doel van PSG is natuurlijk de Champions League winnen. Meerdere trainers zijn er al gesneuveld omdat ze niet ver genoeg kwamen in het meest prestigieuze toernooi ter wereld. En het is ze gelukt, al moesten ze nog tot 2026 wachten voor al het miljardengeweld daadwerkelijk omgezet werd in die felbegeerde titel. In een zenuwslopend duel werd Manchester City na het nemen van strafschoppen aan de kant gezet.
De CL finale van 2025-26.
De ploeg speelde nog meer Champions League finales in deze periode. In 2024 verloor het de finale van datzelfde Manchester City en ook in 2036 (Chelsea) en 2040 (Bayern München) kwamen ze net te kort. Wel was er succes in 2031, toen FC Barcelona werd geklopt in Berlijn.
Verder Frans succes was ver te zoeken, al werden er wel twee finaleplaatsen geboekt in de Europa League. Nice verloor de finale van 2026 van de Spurs en Marseille was tien jaar later niet opgewassen tegen Hertha BSC.
In de Conference League was er wel een bescheiden succesje. De finale van 2039 werd door Stade Rennes gewonnen tegen Watford, nadat Lens (2025 tegen AS Roma en 2037 tegen AA Gent), Troyes (2028 tegen Bilbao) en Marseille (2029 tegen Gladbach) ook al finaleplaatsen wisten te bemachtigen, maar niet om wisten te zetten in goud.
Ondanks deze op het oog magere oogst zijn de Fransen druk in gevecht met Spanje om plek vier op de coëfficiëntenranglijst. De voorsprong op de nummer zes is inmiddels zo ver opgelopen dat men zich daar geen zorgen om hoeft te maken.
2040 – 2060: Hoe groter ze zijn…
Zo rond 2040 kon men zeker spreken van een PSG tijdperk. Grote vraag was vooral hoeveel titels ze de komende jaren gaan halen. De suprematie van PSG kwam overigens niet alleen nationaal naar voren, want de ploeg wist in 2041, 2042 de Champions League te winnen.
En toen kwam de klap. Qatar trekt haar handen terug van PSG en tussen de twee CL-triomfen door komt het proces in gang om de club te verkopen. Na een exotisch consortium zou de club aan het einde van de jaren ’50 zelfs weer helemaal in Franse handen komen.
En wat doet dat met zo’n club? Het leek de competitie wel spannender te maken. Clubs als AS Monaco, Stade Rennes, Olympique Marseille en het inmiddels ook weer volledig in Franse handen zijnde Stade Brest kwamen aardig opzetten en maakte het PSG lastig. Sterker nog, van de twintig Ligue 1-titels die deze periode te verdelen waren, pakte PSG er “slechts” 12, een score van 60 procent. Een score die onder de periode van de Qatarese invloeden ronduit ondenkbaar was. Het wordt toch lastiger om op eigen beentjes te staan..
Al moet gezegd worden dat PSG ook de Champions League van 2048 op haar naam schreef, dus het Europese succes was nog wel aanwezig. Maar het zou de laatste Europese prijs worden voor de club tot de jaren negentig van de eenentwintigste eeuw.
Daar stond één verloren finale tegenover, in 2051 tegen FC Bayern. Maar verrassender nog wel, ook AS Monaco haalde tweemaal de Champions League finale. Helaas voor de Monegasken waren Juventus (2-0 in 2049) en Chelsea (1-0 in 2052) een onneembare vesting.
In de Europa League waren er in deze periode vier finales met een Frans team, met een 50 procent score voor de Fransen. Stade Rennes heeft hier het grootste aandeel in, zij wonnen de finale van 2042 van Athletic Bilbao na strafschoppen in een verder doelpuntloze finale en verloren die van 2055 tegen Udinese (1-0). Ook Marseille haalde een finale, zij wisten in 2044 wél van Udinese te winnen (1-0). De laatste finaleplaats in de Europa League komt van Stade Brest, zij waren in 2046 in het David Silva stadion in Manchester niet opgewassen tegen Liverpool (0-3).
De Conference League kende deze periode liefst vijf finales met een Franse club er in en telkens was het een andere club. Tranen waren er bij verliezend finalisten Sochaux (2048 tegen Napoli), Rennes (2051 tegen Zürich) en Metz (2052 tegen AZ). Daar stonden juichende mensen tegenover in 2043, toen Nice in de finale Vitesse klopte en in 2054, toen Saint-Etienne te sterk was voor Aston Villa.
Gemiste kans: Rennes verkwanselt een voorsprong tegen 10 man in de finale van 2051.
2060 – 2080: …hoe harder ze vallen.
PSG kent een turbulente periode en daarmee kent de Ligue 1 juist een heerlijke fase. Nog maar drie titels zouden de Didier Deschamps Arena decoreren in deze twintig jaar. Voor een recordkampioen, want dat is PSG op dat moment nog, een hele nare periode. Een zwarte periode. Toch kan het altijd erger, zeker als je bedenkt dat de club in honderd jaar tijd slechts drie keer buiten de top-10 weet te eindigen.
Daarnaast zijn er diverse clubs die altijd bekend stonden als teams die rond de Ligue 1 of de top van de Ligue 2 bivakkeerden (al dan niet tijdelijk) gedegradeerd naar het amateurvoetbal, zoals Grenoble, Caen, Auxerre, Reims en EA Guingamp.
Het leverde in ieder geval allemaal een stuk meer spanning op in de Franse competitie. Wat dachten jullie van de eindstand van het seizoen 2066-2067? Wat een ongekende titelstrijd moet dat geweest zijn, met liefst vijf teams die dicht bij elkaar wisten te eindigen na 34 duels.
Stade Brest werd een keer kampioen, maar de andere dominantere factoren waren Marseille en Monaco. Beide clubs kenden een hele sterke periode en streden eigenlijk ieder jaar wel mee om de titel, ondanks de aanwezigheid van Bordeaux en Havre AC, die het de gevestigde orde ook flink lastig maakten.
Dat het grote geld was vertrokken uit Parijs en Brest, kwam ook duidelijk naar voren in het overzicht met de grootste transfers. Inkomend is het een stuk rustiger geworden en de laatste 40 jaar werd er nog maar drie keer meer dan 100 miljoen euro betaald voor een speler, telkens door PSG, dat nog steeds wel toonaangevend blijft in het kopen van grote namen.
Dit is niet alleen terug te zien in de grootste transfers, maar ook overall in de transfers. Sinds kort voor het Qatarese vertrek tot aan nu, dus de periode 2040-2080 spendeerde PSG liefst 4,35 miljard euro aan transfers, tegenover 2,49 miljard aan de inkomende kant. In slechts zes van de afgelopen veertig jaar werd er een positieve transferbalans overlegd.
Dat PSG in Frankrijk de macht kwijt is, dat is duidelijk. Maar Europees hebben de Parijzenaars ook niets meer in te brengen. Niet dat er geen Europees succes was voor Franse ploegen, zo staat de Franse competitie op een fraaie 4e plaats in de coëfficiëntenranking, maar overall valt het toch tegen. Zo is die vierde plaats vooral behaald door groepsfases te overleven en tot ‘ergens in de KO-fase’ te bereiken, zonder echt om de prijzen te spelen.
Sterker nog, in de Champions League was er de afgelopen twintig jaar geen enkele finaleplaats toebedeeld aan een Franse club en ook in de Europa League is het ver zoeken naar succes. Olympique Marseille is de enige winnaar in deze twintig jaar die uit Frankrijk komt, zij waren in 2062 na verlenging met 2-1 te sterk voor Atalanta Bergamo, ondanks dat het na 89 minuten nog 1-0 stond voor de Italianen.
Stade Rennes haalde twee finales en verloor ze allebei. In 2069 was na een 2-2 stand FC Twente te sterk in de penaltyserie en in 2074 was FC Barcelona met 2-0 te sterk. Ook Stade Brest haalde één finale, maar zij kregen klop van Borussia Mönchengladbach in 2071 (1-2).
Ook in de Conference League waren de Fransen niet heel dominant. Lyon haalde twee finales, wonnen die van 2070 van Udinese maar verloren twee jaar later van Eintracht Frankfurt. Weer een jaar later verloor Havre AC van de Spurs in de finale. Stade Rennes had in de Conference League meer geluk dan in de Europa League, want zij wonnen de enige finale die ze speelden, toen Stuttgart in 2079 met 2-0 opzij gezet werd in Yerevan.
2080 – 2100: Wisseling van de wacht, Monegasken aan de macht
Het tijdperk PSG is definitief ten einde gekomen en na een leuke fase met meerdere kampioenen werd de Ligue 1 toch weer eenkennig. Toch kwam er nog wel een verrassende kampioen tussendoor, met ESTAC Troyes en Havre AC die de hegemonie uit het prinsendom wisten te doorbreken. Ook Stade Rennes en Olympique Marseille waren een keer succesvol. Overigens is Havre AC in Chinese handen. AS Monaco is haar Russische invloeden al decennia geleden kwijtgeraakt en is ook weer volledig Frans.
Aan de degradantenkant weinig geks, grote clubs wisten zich eenvoudig te handhaven en als er al een club van redelijk formaat degradeerde, keerde het snel weer terug. Zo ook RC Lens, dat aan het begin van deze serie al degradeerde, maar inmiddels ook weer een stabiele middenmoter in Ligue 1 is.
Grote helden of iconen zijn er ook niet echt en de Ligue 1 verliest langzaam wat aantrekkingskracht en de laatste twintig jaar waren er slechts drie noemenswaardige inkomende transfers.
Dat AS Monaco zo vaak kampioen werd betekende overigens niet dat het niet spannend was, want ook de titelstrijd van 2090 is er één voor in de geschiedenisboeken:
Europees gezien is het stabiel, de club staat nog steeds vierde op de coëfficiëntenranglijst. Wel werd voor het eerst in 50(!) jaar de Champions League weer eens gewonnen, toen AS Monaco in 2098 de finale won van Arsenal. Veertien jaar eerder waren de Monegasken ook al finalist, toen bleek Inter te sterk.
In de Europa League waren er liefst zes finales. Brest verloor in 2081 van FC Köln en Marseille was in 2100. ESTAC Troyes was succesvoller, zij wisten in de finale van 2088 te winnen van Manchester City, door een benutte strafschop vlak voor tijd (2-1). De overige drie finales kwamen van PSG, dat eindelijk Europees weer iets van zich liet horen. Hoewel ze in 2086 en 2091 nog in de finale ten onder gingen (tegen Aston Villa en Liverpool) waren ze in 2092 de sterkste door Rangers te kloppen. Zo pakte de ploeg na 44 jaar eindelijk weer eens een Europese titel.
In de Conference League was er ook veel succes. Ook daar werden er zes finales gespeeld met een Franse club en de opbrengst was precies vijftig procent.
PSG verloor haar enige finale, in 2099 van St. Pauli. Lyon was een jaar daarvoor geklopt door Chelsea en in 2091 door Maribor. Bordeaux pakte liefst twee titels uit twee finaleplaatsen, door in 2084 van Lommel te winnen en in 2097 Hellas Verona te kloppen. De andere Franse winnaar was Olympique Marseille, dat in 2087 Rapid Wien liet wenen.
2100 – heden: een nieuwe recordkampioen
Een gedenkwaardig moment vond er plaats in 2114, want toen pakte AS Monaco na acht jaar droogte haar 43e landstitel, waarmee het PSG van de troon stootte. Inmiddels staat de teller op 48 voor de Monegasken en staat PSG nog steeds op 42.
De competitie staat er goed voor. Er spelen sterke teams in en ondanks enkele dominante fases van bepaalde teams is er continu spanning. Een vrij brede top speelt mee om de ereplaatsen en verrassingen zijn altijd mogelijk en een score van zeven verschillende kampioenen kunnen we vermoedelijk wel beschouwen als ‘redelijk’.
De tweeëntwintigste eeuw staat nog niet bekend als heel succesvol in Europees verband. De vierde plaats op de coëfficiëntenranglijst is nog steeds stevig in handen en de nummer één is dichter bij dan de nummer vijf, maar qua absolute hoofdprijzen is het nog wat magertjes.
In de Champions League was er succes voor Monaco, maar één gewonnen finale uit liefst vier pogingen moet toch wel voelen alsof er meer in had gezeten. In 2104 werd Watford verslagen, een club waar drie jaar eerder nog van werd verloren. In 2114 en 2120 waren Everton en Hoffenheim uiteindelijk in de finale te sterk.
In de Europa League moesten de Fransen het met drie finales doen, maar die leverden wel twee zeges op. Stade Brest was in 2104 te sterk voor Liverpool, wat dus een Franse Europese Supercup opleverde. Vier jaar later was Stade Rennes te sterk voor Tottenham. Pas in 2118 stond er weer een Franse club in de finale, maar PSG trok tegen Arsenal aan het kortste eind.
Datzelfde 2118 leverde ook een verloren finale in de Conference League op. Olympique Marseille had de overwinning voor het oprapen tegen het verrassend presterende Nordsjaelland, maar wist ondanks een vroege goal het overwicht niet in succes uit te drukken. Sterker nog, na de 1-1 van de Denen moesten er strafschoppen genomen worden, waarin Nordsjaelland geen enkele fout maakte: 5-3.
Drie jaar later pakte Olympique Lyon wel de overwinning in de Conference League finale, door Levski Sofia opzij te zetten. Eindelijk weer raak, want nadat Bordeaux in 2103 Young Boys Bern had geklopt in de finale, stonden er louter verloren finales tegenover. Zo gingen Lyon (in 2106 tegen Kopenhagen én 2112 tegen Crystal Palace), PSG (2114 tegen PAOK Thessaloniki) en Stade Rennes (2116 tegen Brøndby) allen in het zicht van de haven onderuit.
Records, transfers en stadions
Zoals jullie inmiddels wel gewend zijn, sluiten we af met het overzicht van de duurste inkomende transfers, een update van de recordspagina en een overzicht van alle stadions momenteel in de Ligue 1.
De Fransen hielden zich nog in. Alle transfers boven de 100 miljoen euro:
Alle stadions. Waarbij vooral opvalt dat Monaco een stadion heeft dat bijna 3x het aantal inwoners kan herbergen:
Eerder in deze serie verschenen:
Jupiler Pro League
Wereldkampioenschappen
Bundesliga
Serie A
En van onze ‘spin-off’-series: