Fijne feestdagen: De Kerstboomformatie

Managers United wenst iedereen prettige feestdagen toe. En hoe kunnen we beter de Kerst vieren dan met dé tactiek die bij deze feestdagen past? We nemen jullie mee op een korte reis naar een oude tactische variant: De Kerstboomformatie.

Inleiding

Vleugelspelers zijn bijna niet meer weg te denken uit het hedendaagse voetbal. Toch was niet eens heel lang geleden dat er grote successen werden geboekt met een formatie zonder wingers. Het AC Milan van Carlo Ancelotti speelde aan het begin van deze eeuw in een heuse ‘kerstboomformatie’, met vier verdedigers, drie centrale middenvelders, twee aanvallende middenvelders en een enkele spits.

In tegenstelling tot de meeste bekende voetbaltactieken en formaties genoot de ‘Christmas Tree Formation’ echter zelden het ultieme succes van voetbal, en zelfs dat kwam laat in zijn relatief korte levensduur.

Ancelotti’s AC Milan

Voordat we verder duiken in de historie van de formatie kijken we eerst naar wat de formatie precies is en dat doen we aan de hand van het AC Milan van Carlo Ancelotti:

image.png.39aae91bbcc5ff04c8602db5942df73c.png

Het team van Ancelotti is het laatste team dat nog succesvol deze formatie heeft toegepast. Het bestaat uit vier verdedigers, waarbij de flanken zich af en toe voorin melden, maar als hoofddoel het verdedigen hebben. Daarvoor speelt een linie van drie voornamelijk defensieve middenvelders, met een echte balafpakker als Gattuso, de enigszins teruggetrokken spelverdeler Pirlo en verbindingsman Ambrosini. De voorste drie hebben defensief heel wat minder taken, met twee echte nummers 10 in Kaká en Seedorf en met de bijna als een valse spits opererende Inzaghi.

De tactiek stond vooral te boek als defensief ingesteld, met een dodelijk potentieel op de counter. De viermansdefensie hield zich vooral bezig met verdedigen, al veranderde dat iets toen Jankulovski op linksback kwam. Naast de spelmaker stonden een echte balafpakker en iemand die vooral slim de loop- en passlijnen van de tegenstander moest kunnen doorzien. Gattuso was de ideale balafpakker, iemand met veel gif die altijd vooropging in de strijd. Ambrosini was de, misschien ietwat onderschatte, ‘slimme’ middenvelder, die aanvallen tegenhield en op de juiste momenten in- of uitstapte om te doen wat er van hem werd verwacht.

Aanvallend begon het vooral allemaal bij Pirlo. Hij had de belangrijke taak om de voorste drie te vinden en met zijn inzicht en traptechniek voor het nodige gevaar te zorgen. Hij had een groot passbereik en dat zal ongetwijfeld één van de redenen zijn waarom de tactiek verder nooit echt van de grond kwam. Voorin stond er een trio dat bestond uit spelers met zeer specifieke kwaliteiten. Ze moesten snel, behendig en fysiek sterk zijn, waarbij de spits ook nog eens snel moest kunnen draaien, daar hij veel met zijn rug naar het doel speelde. Daarnaast was het van groot belang dat ze technisch superieur waren, wat je wel kon overlaten aan Kaká, Inzaghi (of Shevchenko) en Seedorf (of Hernán Crespo).

Historie

De tactiek werd voor het eerst gebruikt bij Crystal Palace, waar Bert Head de club naar de hoogste Engelse voetbalafdeling bracht met deze formatie. Later werd het ook gebruikt door Terry Venables als bondscoach van Engeland, in aanloop naar het EK ’96 in eigen land. Het grote manco werd daar ook duidelijk, want als de spelmaker niet van uitzonderlijke klasse was liep de toevoer spaak. Werd dat gecompenseerd met meer aanvallend ingestelde vleugelverdedigers ging het ten koste van de defensieve stabiliteit waar de tactiek zo om geroemd werd. En juist op de positie van de spelmaker ging het mis voor de Engelsen. Waar Paul Gascoigne en Steve McManaman het probeerden, maar vooral op de twee ’10’-posities goed uit de verf kwamen, faalden ook onder meer Paul Ince en David Platt op de cruciale ‘6’ positie.

Naast dat de ‘6’ een cruciale rol bespeelde en dus tegelijkertijd het manco van de formatie kon wezen, speelde ook het gebrek aan breedte een rol. Voetbal ging steeds meer over op de 4-3-3 formatie met klassieke buitenspelers, iets dat hier overduidelijk ontbrak. De formatie bleef op de counter sterk, maar kon moeilijk een vuist maken als ze vooral aanvallend moesten spelen, omdat het defensief dan minder stabiel werd. Steven Gerrard speelde onlangs nog in een soortgelijke formatie, als manager van Rangers FC in Schotland, om de diep ingegraven tegenstanders te ontregelen, maar dat was dus een veel aanvallender variant.

In Football Manager 2024

Er zijn weinig teams die zonder vleugelspelers spelen tegenwoordig. Zijn het niet de klassieke buitenspelers (als Leroy Sané), zijn het wel de naar binnen komende vleugelaanvallers (zoals Mo Salah) of de complete wing-backs (als Dumfries). Toch gaan we een poging doen om het te vertalen naar Football Manager 2024 en om dat te kunnen bewerkstelligen kiezen we voor het Nederlands Elftal. Met Frenkie de Jong in de Pirlo-rol, uitstekende verdedigers en een dynamisch trio voorin gaan we proberen om hier een succes van te maken.

De vertaling van de rollen zoals deze door Ancelotti werden gebruikt is in principe simpel. We gebruiken standaard vleugelverdedigers met een defensieve rol en ook de centrale verdedigers zijn gewoon simpel. De doelman hoeft niet mee te kunnen voetballen, hij moet de bal tegenhouden en inleveren bij de defensie, die op haar beurt de ‘6’ moet vinden. De balveroverende middenvelder is een letterlijk bestaande rol en voor de ‘slimme’ middenvelder kiezen we voor een standaard verdedigende middenvelder op een ondersteunende rol. Dit moet iemand zijn die slim genoeg is om verdedigend het gevaar er uit te halen en zelf af en toe ook eens een pass naar voren kan geven.

De voorste drie zijn praktisch vrijgesteld van defensieve taken en daarom kiezen we voor de ‘nummer 10′ rol, de ’trequartista’ op de twee aanvallende middenvelder posities en de spits wordt een valse nummer 9.

Qua teaminstructies wordt er vooral geduld gevraagd in de verdedigende taken en de passing staat dus erg direct ingesteld. Geen driehoekjes, maar lange passes vanaf de ‘6’ naar de voorste drie, die vanzelfsprekend wel korter mogen passen. Voor deze test vinken we wel het ‘voetballend uitverdedigen’ aan, omdat de defensie moet proberen om op rustige wijze de ‘6’ te vinden. Daarom wordt ook de doelman geïnstrueerd om de bal vooral af te geven aan een van de vier verdedigers voor hem.

Verder spelen we vrij smal en focussen we ons op het spel door het midden, iets dat tegelijkertijd ook een heel stroperig, trechtervormig geheel kan gaan worden, dus daar moeten we op bedacht blijven. De hoop is dat we dit door middel van het beweeglijke trio voorin weten te omzeilen.

image.png.69c9171307d7a3b14882a9a2e3a97efc.png

In de praktijk gebracht

In het eerste duel dat we spelen, tegen Griekenland, wordt al gauw duidelijk dat het defensief prima in elkaar zit. Aanvallend loopt het gedegen, maar lijkt het tempo te laag te liggen om de defensief stugge Grieken af te troeven, ondanks dat de 1-0 al in de eerste minuut valt na een standaardsituatie. Er wordt moeilijk tot uitgespeelde kansen gekomen en de eerste kans voor de Grieken is direct raak, na een voorzet vanaf hun rechterkant wordt de bal bij de tweede paal binnengelopen.

Door een rode kaart van de Grieken vlak voor rust, is het spelbeeld na rust helemaal duidelijk. Oranje is de betere ploeg, maar in deze variant van de formatie is het lastig om er doorheen te komen bij de, inmiddels nog verder, ingegraven Grieken. Na een uur laten we De Jong daarom op de positie van Koopmeiners spelen, zakt Simons in naar de ‘6’, gaat Memphis naar ’10’ en wordt Brobbey de spits. Zo krijg je een iets ander trio met andere kwaliteiten, wellicht dat Simons, Gakpo, Memphis iets teveel van hetzelfde was. Daarom krijgt Brobbey de voorkeur boven o.a. Malen.

Toch gaan we er – terecht – met de winst vandoor. Na een vlotte combinatie tussen Gakpo en Simons scoort eerstgenoemde.

image.png.2e9beeccd4d3db2c17fdc8d5a870ac01.png

Conclusie

Zonder verandering aan de tactische rollen bleek het tegen tien man toch best prima voetballen. Er vielen genoeg doelpogingen te noteren, maar iets te weinig van grote kwaliteit. In de analytische data zien we wel dat de kerstboomformatie mooi gehandhaafd blijft in de gemiddelde posities.

image.png.f508bb79b1a44d84f9902bcbd169993f.png

Verder was het spelbeeld eenzijdig, maar kwamen we er moeilijk door. Toch lijkt dit al een prima uitgangsbasis te zijn voor een defensief stabiele tactiek, waarmee we de kerstboomformatie misschien wel weer nieuw leven in kunnen gaan blazen.

Geïnteresseerd geraakt over het bespreken van deze (of een andere) tactiek? Neem dan gauw eens een kijkje in ons tactieken subforum, waar we sparren over tactieken en tips uitwisselen om tot een succes te komen. Wellicht dat we ook nog wel tot een mooie eerste échte versie van de nieuwe Kerstboomformatie kunnen komen.

CATEGORIEËN