Op elk WK strijden in de groepsfase vier teams voor twee plaatsen in de volgende ronde. Elk land heeft wel één of meerdere bepalende spelers, die het land door hun aan- of afwezigheid meteen dat beetje sterker of zwakker kunnen maken. Daarnaast zijn er altijd wel minder bekende spelers die hun doorbraak kennen op een groot toernooi of gerespecteerde spelers die onbegrijpelijkerwijs aan de kant worden gezet door hun bondscoach. Vandaag een overzicht uit groep B met Australië, Chili, Nederland en Spanje.
De sterspeler
Als Nederland zich wil plaatsen voor de volgende ronde ten koste van waarschijnlijk Chili of Spanje dan zal Robin van Persie hierbij een belangrijke rol vervullen. De Rotterdammer ging op vijfjarige leeftijd bij SBV Excelsior voetballen, samen met onder anderen Mounir El Hamdaoui. De talenten van de aanvaller waren overduidelijk en het verbaasde niemand dat Feyenoord de toen dertienjarige Van Persie kwam ophalen. Van Persie maakte zijn debuut bij het eerste elftal van Feyenoord begin 2002 en won later dat jaar de UEFA Cup tegen Dortmund. Na eenenzestig wedstrijden en veertien goals plukte het Arsenal van Arsène Wenger de speler weg. Bij de Gunners werd van Persie een echt clubicoon: hij speelde bijna tweehonderd matchen waarin hij net geen honderd doelpunten maakte. Vanaf het vertrek van Fabregas in 2011 werd hij zelfs aanvoerder van het team. Het uitblijven van echt grote successen en prijzen zorgde ervoor dat de aanvaller andere oorden ging opzoeken. Manchester United betaalde 32 miljoen euro voor de voormalige topschutter van de Premier League. Een titel die Van Persie in zijn eerste seizoen bij ManU voor de tweede keer op zijn palmares mocht schrijven.
Robin van Persie krijgt geel in de finale van het vorige WK. Foto genomen door alegermino.
Bij de U21 van Nederland speelde Van Persie in de kwalificaties voor de Europese kampioenschappen in 2004 en 2006. In 2004 slaagde Nederland er niet in zich te plaatsen, maar in 2006 wel. Echter ook toen trad van Persie niet op de eindronde aan. De reden was dat hij door bondscoach Van Basten meegenomen werd naar het WK in Duitsland, nadat hij zijn debuut maakte in de kwalificatiecampagne tegen Roemenië. Op deze eindronde trad de aanvaller in elke match aan en kon hierbij één keer scoren tegen Ivoorkust. Ook op de volgende eindronde, het EK in 2008, was van Persie er weer bij maar speelde hij iets minder door de concurrentie met Arjen Robben in het spelsysteem van Marco van Basten. In Zuid-Afrika startte hij dan weer elke wedstrijd op weg naar de verloren finale. Na het teleurstellende EK in Polen en Oekraïne, wordt dit de vijfde eindronde voor Van Persie. Waarschijnlijk is het ook de eindronde waarin het meeste van hem wordt verwacht.
In Football Manager is Van Persie ook echt de absolute topspeler van het Nederlandse elftal. Hij is dan ook gewoon één van de beste aanvallers aan het begin van het spel. Hij blinkt vooral uit door zijn technische vaardigheden en ook mentaal is hij een echte topper. Naast afwerken kan de spits ook zijn ploegmaats laten scoren. Het enige wat in FM iets minder is, ten opzichte van de rest, zijn zijn fysieke kwaliteiten.
De runner-up
Chili zou wel eens de verrassing van het toernooi kunnen worden en als het dat wordt, dan zal Arturo Vidal één van de uitblinkers zijn. De middenvelder valt misschien minder op dan landgenoot Alexis Sanchez, maar is zeker niet minder bepalend. Vidal speelde in de jeugd eerst bij Melipilla uit de tweede klasse en vervolgens bij Colo-Colo uit Santiago, de hoofdstad van Chili en de geboorteplaats van Vidal. De speler was achttien jaar toen hij mocht debuteren tegen de aartsrivalen van Universidad de Chile. In de zomer van 2007 werd de net twintigjarige Vidal de duurste Chileen ooit, met een overgang naar Leverkusen voor 11 miljoen dollar. Nadat hij op vele posities werd uitgespeeld in het begin van zijn carrière, bleek steeds meer dat Vidal echt uitblonk op het middenveld. Na een schitterend vierde seizoen bij Leverkusen, dat tweede werd in de Bundesliga, vertrok hij naar Juventus. Bij de Oude Dame ontwikkelde de Chileen zich tot misschien wel de beste box-to-box middenvelder ter wereld, die defensief en aanvallend de ploeg naar een hoger niveau tilt. Aan de zijde van Pirlo en Marchisio vormt hij dan ook het kloppende hart van de Italiaanse topploeg.
Arturo Vidal en Fernando Llorente geven de aftrap voor Juve. Foto genomen door RanZag.
Arturo Vidal dankt zijn internationale doorbraak eigenlijk aan zijn prestaties bij de U20 van Chili. Nadat hij op het Zuid-Amerikaanse eindtoernooi met zes goals Chili aan de kwalificatie voor het WK later in 2007 had geholpen, schitterde hij ook op dat kampioenschap. Hij hielp Chili aan een bronzen medaille en versierde zelf een transfer naar Europa. Datzelfde jaar mocht Vidal ook een eerste keer het veld op bij de eerste ploeg onder Marcelo Bielsa. Ook bij zijn vaderland groeide Vidal uit tot een onbetwiste basispion en mocht hij dan ook mee afreizen naar het WK in 2010. In 2011 werd hij samen met vier andere internationals even uit de selectie geweerd na een uit de hand gelopen avondje stappen, maar lang duurde die afwezigheid niet. De laatste jaren volgen bij de nationale elf ook de doelpunten, want in de kwalificatie voor het WK in Brazilië scoorde Vidal vijf keer, wat zijn totaal op acht bracht.
Ook de makers van Football Manager vinden Vidal blijkbaar de een van de beste box-to-box middenvelders ter wereld. De speler van Juventus is een echte allrounder en draagt met zijn uithoudingsvermogen en technische vaardigheden overal op het veld zijn steentje bij.
De grote afwezige(n)
In deze rubriek vermelden we dit keer twee spelers, beiden van titelverdediger Spanje. Ondanks indrukwekkende prestaties voor hun clubs kregen spitsen Alvaro Negredo en Fernando Llorente geen plaatsje van bondscoach Del Bosque. Negredo werd geboren in Madrid en sloot in de jeugd al snel aan bij Rayo Vallecano, waar hij in 2005 zijn debuut zou kennen in de Spaanse derde klasse. Ook na zijn achttiende verjaardag bleef hij in zijn geboortestad en ging hij voetballen voor Castilla, het tweede team van Real Madrid. In 2007 verkocht de club hem aan Almeria, om de spits in 2009 terug te kopen en meteen met winst door te verkopen aan Sevilla. Bij die club brak Negredo echt door en haalde hij een mooi gemiddelde van één goal per twee matchen in 139 optredens. Vorige zomer leverde hem dat een transfer op naar Manchester City, samen met ploeggenoot Jesus Navas. Hij scoorde er zesentwintig goals in tweeënvijftig wedstrijden, maar dat bleek niet voldoende voor Del Bosque.
Negredo in actie met Spanje. Foto genomen door Clément Bucco-Lechat.
Ook Llorente wist dit seizoen goed het doel te vinden, want hij scoorde achttien keer in iets meer dan veertig optredens voor Juventus. Net zoals bij Negredo was het voor Llorente het eerste seizoen bij een nieuwe club en gaat het om een club die bij de Europese top hoort. Maar ook de Bask kon dus geen plaatsje afdwingen. Llorente speelde voor zijn nieuwe avontuur bij Juventus maar voor één club op professioneel niveau. Na twee jaren bij kleinere jeugdteams, stapte de elfjarige spits over naar dé Baskische ploeg: Athletic Bilbao. Na de jeugdelftallen en reserveteams te hebben doorlopen, speelde Llorente uiteindelijk 262 matchen voor de hoofdmacht waarin hij vijfentachtig keer het net deed trillen. Afgelopen zomer besloot hij het bij een grotere club te proberen en vertrok transfervrij.
Terwijl Llorente vaak aantrad voor de Spaanse jeugdteams, speelde Negredo maar één keer voor de U21. Door hun gelijkgaande doorbraak op clubniveau, lagen beide spitsen vaak met elkaar in de weegschaal voor een selectie. Hun plaats bij Spanje was er altijd één van invaller, omdat andere spitsen zoals Güiza en Villa de voorkeur kregen. In de kwalificaties voor het WK 2010 kreeg Negredo de voorkeur en werd Llorente geen enkele keer opgeroepen. Vreemd genoeg mocht de Bask wel afreizen naar de eindronde, ten koste van de Madrileen, en betrad hij één keer het veld. Op Euro 2012 maakten ze allebei deel uit van het team, maar daar kreeg Negredo twee keer speelgelegenheid terwijl Llorente enkel de bank mocht verwarmen. Voor het toernooi in Brazilië kreeg geen van beiden een brief in de bus, hoewel ze het afgelopen seizoen meer scoorden dan bijvoorbeeld David Villa. Hun teller met caps zal dus een zomer blijven steken.
Llorente is in Football Manager een echte targetman. Een bal aannemen in de zestien en hem binnenknallen of een voorzet staalhard binnenkoppen, daarvoor moet je de Bask in de basis zetten. Negredo is dan weer iets meer allround. Zijn sterke punten zijn ook zijn kracht en koppen, maar hij is toch iets sneller en wendbaarder dan Llorente. Eén ding staat wel vast en dat is dat beide heren bij veel landen gewoonweg in de basis zouden staan. Ook in FM zijn ze eigenlijk wel een selectie voor Spanje waard.
De verrassing
Een toch wel onverwachte selectie in groep A bij de titelverdediger is sterk verbonden aan de twee vorige spelers, want Fernando Torres mag met Spanje aantreden op het WK. Torres’ prestaties bij Chelsea waren dit seizoen weer niet wereldschokkend en ook qua doelpuntenproductie (slechts vier goals in de Premier League) kende hij al veel betere tijden. Toch geeft hij Llorente en Negredo het nakijken. Torres supporterde als kleine jongen al Atletico Madrid, maar zou toch een deel van zijn opleiding krijgen bij aartsrivaal Real Madrid. Op elfjarige leeftijd nam hij deel aan een testdag bij zijn droomclub Atletico en overtuigde hij na vijf minuten al de directeur van de jeugdopleiding. Enkele jaren later, aan het einde van het seizoen 2000-2001, maakte de zeventienjarige Torres na een lange blessure zijn debuut in het eerste elftal van Atletico, dat toen nog in de tweede klasse uitkwam. Het volgende seizoen was Torres basisspeler en promoveerde de club. Na meer dan tweehonderd wedstrijden en een tachtigtal goals vertrok El Niño naar Liverpool in de zomer van 2007. Bij die club bleef Torres vlot scoren, maar werd hij vaak geplaagd door blessures. Chelsea betaalde in januari 2011 toch bijna zestig miljoen euro voor de spits. In Londen heeft Torres nooit overtuigd, getuige zijn magere twintig goals in 110 duels.
Torres in duel met Rami op Euro 2012. Foto genomen door Stanislav Vedmid.
Bij de Spaanse jeugdelftallen was Torres een vaste klant. In 2001 en 2002 won hij twee Europese Kampioenschappen, respectievelijk met de U16 en U19 van Spanje, waarin hij telkens de winnende goal maakte in de finale. In 2003 mocht hij voor het eerst meedoen met de Spaanse eerste ploeg in een oefenmatch tegen Portugal. Sinds het EK 2004 was Torres er op elke eindronde bij, maar was zeker niet altijd een onbetwiste basispion. Nu is hij er dus opnieuw bij, ondanks het feit dat vele volgers hem geen plaatsje bij definitieve selectie toedichtten. Het lijkt er alleszins op dat Del Bosque meer naar het verleden van de spelers heeft gekeken dan naar het afgelopen seizoen. El Niño zal er weinig om geven en zal zijn best doen om zijn aantal doelpunten voor de nationale ploeg richting de veertig op te trekken.
In FM is Torres zeker geen slechte spits. Hij kan in vele rollen spelen en past in vele systemen. Toch is hij ook in Football Manager iets minder sterk dan Llorente en Negredo. Zowel in het echt als in het spel mag je dus wel raar opkijken dat Torres de doublure zal worden voor Diego Costa.